-9-
De gemeenteraad van Baarle-Nassauen het ziet er naar uit dat ook de gemeente
Prinsenbeek dezelfde richting in zal gaan, handelt daarmee in strijd met de door
henzelf in 1981 vastgestelde gemeenschappelijke regeling waarin in artikel 4 is
bepaald dat het jaarlijkse subsidie wordt verhoogd met de geïndexeerde stijging der
lonen en prijzen. Het college heeft de gemeente Baarle-Nassau daarvan reeds in kennis
gesteld en bovendien heeft de Stichting Welzijn Ouderen een AROB-beroep ingesteld
tegen deze beslissing.
De Heer TEUNISSEN vraagt zich af wat de consequenties zijn voor de
personeelsbezetting wanneer meerdere gemeenten het subsidiebedrag verminderen of
zelfs zouden intrekken.
Wethouder VAN GILS zet uiteen dat in 1981 in de vijf aan de gemeenschap
pelijke regeling deelnemende gemeenten gelijkluidende verordeningen zijn vastgesteld,
juist om dit soort zaken te voorkomen. Het is wel mogelijk de deelname aan de gemeen
schappelijke regeling op te zeggen maar daar is een langere termijn voor nodig.
Als dat niet het geval was zou Nieuw-Ginneken als centrumgemeente het risico lopen
dat zij het personeel van de Stichting alleen zou moeten gaan betalen. Waar de
heer Teunissen voor vreest zal niet kunnen gebeuren.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten zoals op de agenda
is voorgesteld.
16. VOORSTEL TOT GOEDKEURING VAN DE BEGROTING 1984 VAN DE STICHTING OPENBARE BIBLIO
THEEK NIEUW-GINNEKEN TOT HET BEDRAG VAN EEN EXPLOITATIETEKORT VAN 255.000,
De Heer BEEREPOOT verklaart dat het C.D.A. akkoord gaat met het voorstel
het algemeen kortingspercentage van 5% voor subsidies in 1984 niet van toepassing
te verklaren op de begroting van de bibliotheek. Wel merkt hij op dat zijn fraktie
voorstander is van toepassing van het profijtbeginsel door eventuele verhoging
van de contributie en invoering van leengeld.
Wethouder VAN GILS is tevreden over de positieve opstelling van de
Raad, wie zwijgt stemt immers in. Aan de heer Beerepoot deelt hij mede dat ook
bij het bibliotheekbestuur hetzelfde gedacht wordt over het profijtbeginsel, de
contributie moet op een redelijk nivo liggen en het leengeld is voor Nieuw-Ginneken
in principe akkoord maar men wil zich daarbij wel afstemmen op Breda en de omringende
gemeenten omdat een bibliotheekkaart ook daar geldig is. Breda heeft nog geen stand
punt ingenomen over het leengeld. Aan contributieverhoging zit een grens en het
bibliotheekbestuur is bevreesd dat bij overschrijding daarvan een ledenverlies
zal optreden waardoor de totale contributie-opbrengst niet zal stijgen. Waar die
grens precies ligt valt niet exact aan te geven maar men is met name bevreesd dat
meerdere gezinsleden gezamenlijk van 1 abonnement gebruik zullen gaan maken. Ook het
bibliotheekbestuur heeft positief gereageerd op het voorstel van het college en
heeft in de eigen huishouding ruimte gevonden om de 17.500,op te vangen waarmede
het college nu kon instemmen zonder toepassing van de 5% korting. Het bestuur heeft
dat weten te bereiken door geen verdere uitbouw te geven aan de collectie audio
visuele middelen en een bedrag over 1 983 daarvoor over te boeken naar 1 984. Het
bibliotheekbestuur moet bovendien een korting op de rijksbijdrage van 40.000,
over 1984 opvangen. Om de boekencollectie op een verantwoord peil te kunnen houden
heeft het bestuur gevraagd in de periode 1984-1986 geleidelijk een beroep te mogen
doen op de gemeentelijke reserve van 20.000,-- ten behoeve van de bibliotheek.
Het college staat daar positief tegenover omdat mede daardoor de dienstverlening
op een adequaat peil kan worden gehandhaafd.
Mevrouw BOGMANS kan zich in het voorstel van het college vinden en
spreekt waardering uit voor de manier waarop het bibliotheekbestuur de voorzieningen
op peil weet te houden.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten zoals op de agenda
is voorgesteld.
17. VOORSTEL MET BETREKKING TOT BBZUINIGINGSNOTA VAN HET STADSGEWEST BREDA.
Op instigatie van de heer Van der Westerlaken stelt de VOORZITTER
tevens aan de orde:
18. VOORSTEL MET BETREKKING TOT DE BEGROTINGEN 1984 VAN HET STADSGEWEST BREDA.
