-12-
bestuur bij een eventueel volgende operatie. De haalbaarheid van het doorverhuren
van het pand aan de Boschstraat berust inderdaad op een aanname van het dagelijks
bestuur. Het dagelijks bestuur gaat er daarbij vanuit dat dit pand voor de helft
van de huidige huurprijs wordt aangeboden hetgeen betekent dat dat ligt beneden
de marktwaarde op dat ogenblik in Breda. Op zich houdt dat geen garantie in dat
er ook inderdaad gegadigden voor gevonden zullen worden. De bezuinigingen in de
personeelssektor worden gevonden in de eerste plaats door het niet invullen van
vakatures welke ontstaan door natuurlijk verloop en doordat een aantal mensen met
de VUT zal gaan. Door de gecombineerde huisvesting zal 't bovendien niet nodig zijn
te voorzien in een aantal vakatures.
De Heer VAN DER WESTERLAKEN zegt dat belangrijk is de bezuinigngsdaad
van het Stadsgewest.
Heel wat overbodigs is over boord gezet en daarom steunt hij het voorstel van het
college
Mevrouw BOGMANS dank de voorzitter hartelijk voor de uitgebreide toe
lichting op de door haar gestelde vragen. Zij gaat akkoord met het voorstel.
De Heer BEEREPOOT stelt dat indien slechts de helft van de huisvestings
kosten kan worden teruggehaald de rest op de een of andere manier moet worden weg
gepoetst
De VOORZITTER verklaart dat daarmee reeds rekening is gehouden in de
begroting voor de komende jaren tot 1990.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten zoals op de agenda
onder 17 en 18 is voorgesteld.
19. INFORMATIE TEN AANZIEN VAN HET STADSGEWEST, C.Q. VANUIT DE STADSGEWESTRAAD
Aangezien de meest aktuele informatie ten aanzien van het Stadsgewest
in de voorgaande twee agendapunten is behandeld en de vergadering van de Stadsgewest-
raad eerst op 16 december plaatsvindt is er vanuit de Raad geen behoefte aan een
verdere toelichting.
20. VOORSTEL BETREFFENDE DE BEGROTING 1984 VAN HET WOONWAGENSCHAP BREDA.
Mevrouw BOGMANS vraagt informatie over de stand van zaken met betrek
king tot de woonwagenstandplaats in Nieuw-Ginneken; zijn er al meerdere gegadigden
dan de 6 gezinnen waarvan dat al langer bekend is, is er al met deze mensen gespre
ken?
De VOORZITTER antwoordt dat uit de meest recente informatie blijkt
dat nog steeds hetzelfde aantal gezinnen belangstelling heeft voor Nieuw-Ginneken.
In het voorjaar van 1984 wordt het terrein bouwrijp gemaakt; op dit moment vindt
nog overleg plaats over het inrichtingsplan en de verwachting is dat de nieuwe
bewoners van de Bunder in de loop van 1984 begroet kunnen worden.
Mevrouw BOGMANS herhaalt haar vraag of er al met de betrokken mensen
is gesproken.
De VOORZITTER antwoordt daarop dat zoiets pas zin heeft op het moment
dat er zekerheid bestaat omtrent de vraag wie er definitief naar de Bunder zullen
komen. Als het terrein ingericht wordt zullen er contracten gesloten worden met
de nieuwe bewoners en het college zal dan met deze mensen contact opnemen om een
zo goed mogelijk overgang van Driekoningenoord naar Nieuw-Ginneken aan te bieden.
Er zal met deze mensen gesproken worden over de dagelijkse gang van zaken in de
gemeente Nieuw-Ginneken en zij zullen bekend gemaakt worden met hun nieuwe omgeving.
Naar aanleiding van dit antwoord vraagt de Heer PAULUSSEN tussen welke
partijen de hierbedoelde contracten gesloten worden, is dat tussen woonwagenbewoners
en het Woonwagenschap of met de gemeente.
De VOORZITTER zet uiteen dat de gemeente de bouwrijpe grond overdraagt
aan het Woonwagenschap. Het Woonwagenschap richt die grond in tot een complete
woonwagenlokatie en verhuurt de standplaatsen aan de bewoners.
Daarop vraagt de Heer PAULUSSEN of de gemeente invloed kan uitoefenen
op de inhoud van die contracten.
De VOORZITTER antwoordt daar ontkennend op; de contracten zijn in het
hele Stadsgewest gelijkluidend.
