Bij het heroverwegingsproces zal achtereenvolgens aandacht worden
besteed aan:
1. efficiency
2. privatisering
3. profijtbeginsel
4. draagkrachtbeginsel
Naar onze mening hoort efficiency in dit rijtje niet thuis. Niet
in de eerste plaats omdat streven naar efficiency voortdurend
plaats moet vinden, maar vooral omdat hieruit geen politieke keu
zes voortvloeien. Wie zou er op tegen zijn om efficiënt te hande
len?
Wij vinden dan ook dat besparingen die per sector bereikt kunnen
worden door verbetering van werkwijzen, afzonderlijk moeten wor
den aangegeven, voorafgaand aan een heroverweging die rekening
houdt met privatisering, profijtbeginsel en draagkrachtbeginsel.
Ten aanzien van privatisering hebben wij met voldoening in het
beleidsplan gelezen dat afstoting van gemeentelijke taken voor
alsnog niet wordt overwogen.
Uitbesteding van gemeentelijke taken, dient naar onze mening met
de grootst mogelijke omzichtigheid te worden behandeld. Het waar
borgen van de kwaliteit en de continuiteit van de dienstverlening
horen steeds voorop te staan. Ook de positie van de werknemers
dient mee te worden gewogen in de besluitvorming.
Bij het toepassen van het profijtbeginsel willen wij op voorzich
tigheid aandringen. Toepassing van dit beginsel mag zeker niet
ontaarden in ongenuanceerde prijsverhogingen.
Het beleidsplan stelt, dat we bij toepassing van het profijtbe
ginsel niet uitsluitend moeten denken aan die voorzieningen waar
aan de burger zich niet kan onttrekken. Dat onderschrijven we.
Wij vragen ons dan echter wel af, waarom voor 1984 wordt uitge
gaan van een forse verhoging van de reinigingsrechten, maar, ge
lijktijdig, het tarief voor het maken van een rioolaansluiting
volgens no. 109 van de begroting nominaal gelijk blijft. Overige
tarieven voor verrichtingen die de afdeling openbare werken op
verzoek verricht zijn uit de begroting niet af te lezen. Blijven
ook deze gelijk? Of wordt daar voor 1984 wel een aanpassing
-72-