-2-
Welliswaar wordt in deze brief de bereidheid tot medewerking aan de totstand
koming van een omleiding Ulvenhout uitgesproken maar in de praktijk blijkt
dat elke medewerking achterwege wordt gelaten. Op de derde plaats wordt
een Haarlemmermeer-aansluiting op Rijksweg 58 gesuggereerd, spreker vraagt
wat de betekenis daarvan is.
DE HEER VAN DER WESTERLAKEN kan het niet met elkaar rijmen dat
de gemeente Breda enerzijds een volwaardige aansluiting op Rijksweg 58
eist en anderzijds weigert mede te werken aan de realisering van de omleiding
Ulvenhout
Ook aan DE HEER ROPS is het niet duidelijk aan wie de financiële
bijdrage voor fietspaden langs de Ulvenhoutselaan wordt "gevraagd.
DE VOORZITTER zet uiteen dat de bijdrage voor aanleg van fiets
paden langs de Ulvenhoutselaan wordt gevraagd aan het College van Gedepu
teerde Staten van Noord-Brabant en niet aan de gemeente Nieuw-Ginneken.
Hij constateert verder dat de gemeente Breda een niet-consistent beleid
voert door enerzijds een volwaardige aansluiting van de provinciale weg
S11 op Rijksweg 58 te verlangen en anderzijds niet mede te werken aan
de realisatie van een S11Na een uiteenzetting over de verschillen tussen
een Haarlemmermeeraansluiting en de voorgestelde aansluiting van de S11
op de A58 zegt DE VOORZITTER toe dat het College na het zomerreces met
een notitie over de voortgang van de procedure S11 zal komen in de Commissie
Algemene en Juridische Zaken.
Bij punt r., een brief van de gemeente Breda inzake de verkeers
lichteninstallatie op de aansluiting Allerheiligenweg-Ulvenhoutselaan,
verklaart DE HEER VAN DER WESTERLAKEN dat het^volgens hem ten dienste staande
informatielook met de bestaande installatie mogelijk moet zijn per rijstrook
apart groen licht te geven op deze kruising.
DE VOORZITTER schetst de historie en de problematiek welke
is ontstaan na plaatsing van deze verkeerslichteninstallatie. Die problemen
kunnen slechts worden opgelost door het totstandbrengen van een goede
verbinding tussen de Allerheiligenweg en de Chaamseweg buiten Ulvenhout
om. Dit zal ter sprake komen in de hiervoor reeds aangekondigde notitie
welke na de vakantie zal worden behandeld in de Commissie Algemene en Juridische
Zaken. Wel zegt hij toe nogmaals bij de gemeente Breda te zullen informeren
naar de technische mogelijkheden om deze verouderde installatie toch zo
optimaal mogelijk te laten functioneren.
Ten aanzien van punt w.de begroting 1984 voor de dienst Brand
weer van de gemeente Breda, constateert DE VOORZITTER dat na vaststelling
daarvan een einde zal zijn gekomen aan de discussie tussen de gemeenten
Breda en Nieuw-Ginneken naar aanleiding van de beëindiging van het brandweer
contract met de gemeente Breda
Hierna worden alle op de agenda geplaatste ingekomen stukken
voor kennisgeving aangenomen.
3. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE 30e WIJZIGING VAN DE BEGROTING 1984.
DE HEREN VAN DEN BROECK EN VAN GESTEL vragen of het niet mogelijk
is een 20-jarige vaste geldlening af te sluiten tegen een voordeliger
rente-percentage danwel deze lening over te sluiten.
DE HEER TEUNISSEN is van mening dat dit voorstel een erg positief
stuk is en is vooral blij dat er dit jaar geen extra bezuinigingsnota
moet komen
WETHOUDER VAN GILS is van mening dat het voor de gemeente niet
mogelijk is vaste geldleningenvervroegd af te lossen maar zal deze mogelijk
heid door de afdeling Financiën laten nagaan. Hij maakt de Raad er wel
op opmerkzaam dat de gemiddelde rente in de komende jaren zal stijgen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda
is voorgesteld.