Na deze pauze heropent DE VOORZITTER de vergadering en stelt vervolgens aan de orde: 7. VOORSTEL MET BETREKKING TOT DE AUTOMATISERING VAN DE GEMEENTELIJKE ADMINISTRATIE. DE HEER VAN YPEREN gaat uitgebreid in op dit voorstel en het daarbij behorende automatiseringsplan. Uit het voorstel blijkt dat het College voornemens is om grootscheeps te gaan automatiseren middels de aanschaf van een minicomputersysteem uit de Philips 4000-serie. Dit voor stellen als zijnde een vervanging van de thans in gebruik zijnde office-computer niet juist. Voor de automatisering van de twee afdelingen die het eerst aan bod komen, Financiën en Sociale Zaken, werd door hem reeds in de com missie A.J.Z. voorgesteld daartoe 2 kleine stand-alone-systemen aan te schaffen welke bij uitbreiding van het automatiseringssysteem,op een later tijdstip,aan elkaar gekoppeld zouden kunnen worden. Nu wordt in feite voor de automatisering van 2 administraties 180.000,uitgetrokken. De nu aan te schaffen administratieve computer biedt echter veel meer mogelijkheden en gaat in feite over alle afdelingen heen. Hij betreurt daarom de lange-termijnplanning zoals die uit het automatiseringsplan blijkt omdat de afschrijving van het systeem slechts 5 jaar bedraagt. Met de keuze voor dit Philips computer-systeem kan hij zich, hoewel het een ver ouderd systeem is maar wat bijzonder goed functioneert, best verenigen temeer daar het een Nederlands produkt betreft. Het automatiseringsplan kan bij hem geen genade vinden, het bevat te veel loze kreten en te weinig richtlijnen. Punten die in dit plan onvoldoende uit de verf komen zijn de privacy, opleiding en personeelsaspecten. Spreker is ervan overtuigd dat de aanschaf van een computer in feite minder personeel zal betekenen; in het automatiseringsplan wordt tot uitdrukking gebracht dat dit zou worden opgevangen door vermeerdering van de gemeentelijke taken. Dit auto matiseringsplan lijkt hem een copie van soortgelijke plannen in gemeenten als Klundert. Wanneer dit plan werkelijk gevolgd zou worden is hij bevreesd dat de gemeente niet met 200.000,uit zal komen maar eerder 1.000.000,kwijt zal zijn. Het aanwijzen van één persoon één vervanger die verantwoordelijk worden voor de invoering van het automatiseringsplan is naar zijn mening niet juist; die verantwoordelijkheid ligt bij het College van Burgemeester en Wethouders en de Gemeenteraad. Vanwege de vele mogelijkheden die dit computersysteem biedt pleit hij voor een versnelde invoering van de automatisering ook op andere afdelingen dan in eerste instantie wordtvoorgesteldDaartoe zal echter een informatieplan onont beerlijk zijn en hij pleit er dan ook voor dit snel ter hand te nemen. Wanneer men de offerte van Philips ter hand neemt dan ziet men reeds in het eerste hoofdstuk dat daarop wordt ingespeeld. Samenvattend kan hij zich verenigen met de aanschaf van een Philips 4000 minicomputersysteem en de beschikbaarstelling van een krediet daarvoor maar hij verzet zich tegen vaststelling van het voorliggende automatiseringsplan. DE HEER PLATZBEECKER vraagt zich af of het, tegen de achtergrond van een vijfjarige afschrijvingstermijn, niet beter is de verschillende fasen van invoering dichter bij elkaar te brengen. Voor het overige kan zijn fractie akkoord gaan met de hoofdlijnen van het voorstel. Wel doet hij nog de suggestie te laten nagaan of het wellicht mogelijk is deze snel verouderende hoogtechnische apparatuur te leasen omdat zulks wellicht goedkoper kan zijn. Aansluitend op hetgeen de heer van Yperen daarover heeft gezegd is ook DE HEER BEEREPOOT van mening dat met deze computer meer kan worden gedaan dan in dit voorstel in eerste instantie wordt voorgesteld. Het is naar zijn mening juist dat invoering van een dergelijk systeem voorzich- tigaan ingeleid moet worden maar de voorgestelde fasen van invoering lijken hem toch aan de voorzichtige kant. Al bij al is hij van mening dat het College met behulp van zijn adviseurs tot een goed voorstel is gekomen waarmee hij zich in hoofdlijnen kan verenigen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1984 | | pagina 229