-14- om te komen tot andere bebording langs bestaande rijkswegen is in het verleden reeds besproken met de A.N.W.B. Daarbij is gebleken dat dit slechts een beperkte invloed op het verkeer heeft door de bekendheid met de bestaande situatie. Het College heeft geen behoefte aan de door de heer van der Westerlaken (reeds eerder in de commissie A.J.Z.) gelanceerde motie. Het College kan zich vinden in het door Gedeputeerde Staten aangedragen compromis mits wordt voldaan aan de in het ontwerp-besluit aangegeven voorwaarden. Daarmede wordt welliswaar niet de overlast op de Ulvenhoutselaan opgelost maar dat is een Bredaas probleem. Wanneer de gemeente Breda van mening is dat de overlast op de Ulvenhoutselaan gehandhaafd kan blijven en daarbij tegelijkertijd een scheiding tussen snel- en langzaam verkeer wordt aange bracht dan wil het College daarmede genoegen nemen. Streven naar een vol waardige oplossing door of achter de Bieberglaan is niet haalbaar omdat in het College-overleg met de heer De Geus is gebleken dat de provincie niet voornemens is op haar compromis-voorstel terug te komen. Het College deelt niet de mening van mevr. Bogmans dat het positief effekt van aanleg van een S-11 van ongeveer 4.000 voertuigen per etmaal te gering zou zijn. Ramingen wijzen in de richting van 4.000 tot 4.8 00. Aannemend dat het er 4.000 zijn, dat is dan doorgaand verkeer en dat is voor het College voldoende reden om daarvoor een S-11 aan te leggen. De resterende 6.000 motorvoertuigen worden gevormd door bestemmingsverkeer wat zich verspreidt over het gehele dorp te beginnen bij het Jachthuis en eindigend aan de Chaamseweg; Daarmede is dan wel het eigenlijk probleem in de Dorp straat opgelost. Ten aanzien van de kop in de gemeentekrant: "Raad kiest voor S-11" stelt de voorzitter dat deze berust op een journalistieke vrijheid van de opsteller van die krant. Welliswaar draagt het College de verant woordelijkheid voor de publikatie maar deze ligt toch anders dan bijvoorbeeld ten aanzien van de redaktie van een raadsvoorstelHet College is van mening dat degen die de gemeentekrant samenstelt over enige vrijheid moet kunnen beschikken. Wethouder VAN GILS gaat nader in op de veronderstelling van mevr. Bogmans dat een toekomstig College en een toekomstige Raad er zonder meer toe zullen overgaan de S-11 aan te leggen wanneer er een bestemmingsplan is. Hij is echter van mening dat iedereen in Nieuw-Ginneken ervan overtuigd is dat als die weg er niet hoeft te komen hij ook zeker niet aangelegd zal worden; Niet dit College, niet deze Raad, niet enig toekomstig College en ook niet enige toekomstige Raad. Als bewoner van de Dorpstraat schetst wethouder VERKOOIJEN de situatie zoals die in de loop der jaren is gegroeid. Wie kan dat beter weten dan hijzelf die daar geboren en getogen is en altijd op de Pekhoeve heeft gewoond en nu aan de overkant daarvan. Ook het Markdal gaat hem zeer aan het hart want daar hebben altijd zijn landbouwgronden aelegen. Sinds de gemeente Breda bij de Ulvenhoutse laan stoplichten heeft geplaatst zit de Dorpstraat in de weekenden volledig ver stopt van 's middags tot 's avonds 6. De bewoners van de Dorpstraat kennen alleen rust in de weekenden tot 's morgens 10 uur. Is het in de weekenden de grote toeristenstroom die overlast veroorzaakt, door de week is dat het vrachtverkeer. Er zijn zelfs bewoners van de Dorpstraat die op doorde- weeksedagen letterlijk wakker geschud worden door datzelfde vrachtverkeer. Er dient zeker een belangenafweging plaats te vinden tussen het leefklimaat in de Dorpstraat en het nog resterende natuurschoon van het markdal. Met de door anderen betreurde kanalisatie van de Bovenmark is hij persoonlijk wel ingenomen vanwege de landbouwbelangen die daarmede zonder meer worden gediend. Hij heeft geen behoefte aan dure woorden, zeker niet wanneer deze leiden tot belediging van de Raad en zijn Voorzitter. Vooral de aanval op de Burgemeester per soonlijk vindt hij dieptreurig. Het zou hem daarom zeer verheugen wanneer de Raad op nieuw zich unaniem uitspreekt vóór aanleg van de S-11 zoals dit College dit in de voorbi 16 jaar tot drie maal toe eerder heeft gedaan. Tenslotte merkt hij op dat het ook na het opstarten van de bestemmingsplanprocedure nog zeker vier tot vijf jaar zal duren vooraleer er daadwerkelijk iets aan de probleemsituatie in de Dorpstraat gedaan kan worden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1984 | | pagina 442