-7-
Wethouder VAN GILS antwoordt dat de c.v.-ketel in de Rosmolenschool
totaal versleten was en het niet meer deed. Om die reden heeft het school
bestuur hals over kop besloten tot vervanging over te gaan zonder daarvoor
eerst de medewerking van het gemeentebestuur te vragen. Overigens is het ad
vies van de inspecteur daarop negatief.
De heer VAN DER WESTERLAKEN vraagt toch een klein gedeelte van
de kosten van de Rosmolenschool te vergoeden.
Wethouder VAN GILS houdt zich aan het voorstel van het college
en wil staande de vergadering daaraan niets wijzigen.
De heer ROPS vraagt of de 2,5/15 vergoeding ten behoeve van de
Mattheusschool als strafmaatregel was bedoeld voor het te laat insturen.
Wethouder VAN GILS wijst erop dat het college daarop is terugge
komen. Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten zoals op de agenda
is voorgesteld, waarbij de heer VAN DER WESTERLAKEN laat aantekenen dat hij
moet worden geacht te hebben tegen gestemd.
Hierna schorst de VOORZITTER de vergadering voor een korte pauze.
Na heropening van de vergadering stelt de voorzitter aan de orde:
11VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE VERGOEDING VAKONDERWIJS OVER HET JAAR
1983 TEN BEHOEVE VAN DE BIJZONDERE GL0-SCHOLEN IN DEZE GEMEENTE.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zo
als op de agenda is voorgesteld.
12. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE (OVERGANGS) HUISVESTINGSOVERZICHT VOOR
HET OPENBAAR EN HET BIJZONDER ONDERWIJS IN DE GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN
INGEVOLGE DE (OVERGANGS) WET OP HET BASISONDERWIJS, ALSMEDE TOT TOEPAS
SING VAN ARTIKEL E 42 VAN DEZE WET.
De heer ROPS stelt vast dat zich ten aanzien van de scholen in Bavel
en Galder geen problemen voordoen maar dat deze wel zijn te vinden bij de
Mariaschool een school waarin een jaar of drie vier geleden nog enorme inves
teringen zijn gedaan. De C.D.A.-fraktie stelt daarom voor alvorens tot nieuwe
verbouwingen over te gaan te bezien of de mogelijkheid bestaat een semi -per
manent gebouw neer te zetten omdat het niet moet worden uitgesloten dat tussen
deze school en de Rosmolenschool binnen twee of drie jaar een fusie tot stand
moet komen
De heer VAN DER WESTERLAKEN stelt dat het natuurlijk de verant
woordelijkheid is van het betreffende schoolbestuur maar wat bijsturen door
het gemeentebestuur in de richting van de totstandkoming van één katholieke
basisschool in Ulvenhout lijkt hem toch op zijn plaats. Dit temeer daar hij
vernomen heeft dat er per 1 augustus 1985 een nieuwe directeur voor de Maria
school van buiten moet worden aangetrokken. Bij een toekomstige totstandkoming
van een fusie zou dit alleen maar leiden tot rechtspositionele verwikkelingen.
Wanneer nu rëeds tot een fusie wordt besloten zou er alleen tijdelijk sprake
kunnen zijn van een dislokatie. Een en ander blijft natuurlijk ter beoordeling
aan het schoolbestuur maar dit lijkt hem het juiste moment om deze ideeën naar
voor te brengen.
De heer VAN DEN BROECK sluit zich bij voorgaande sprekers aan en
vraagt in hele problematiek rond een eventuele fusie-gedachte tevens te willen
betrekken de ontwikkelingen zoals die in de kernen van Ulvenhout op dit moment
plaatsvinden.
Wethouder VAN GILS erkent dat inderdaad alleen ten aanzien van de
Rosmolenschool zich wat kleinere problemen voordoen en dat met name de Maria-
