i
De heer BEEREPOOT stelt aanvullend de vraag waarom de benoeming van
een direkteur wél en de vaststelling van het schoolwerkplan niet in de Raad be
handeld moet worden.
WETHOUDER VAN GILS antwoordt dat het college de Raad zal informeren
bij de agendapunten ingekomen stukken danwel mededelingen. Met betrekking tot
de vaststelling van het schoolwerkplan antwoordt hij dat tot dit moment alle
bevoegdheden van de Raad met betrekking tot het openbaar onderwijs zijn gedelegeerd
aan het college. In verband met de invoering van de Wet op het Basisonderwijs
stelt het college thans voor een paar gewichtige zaken aan de Raad over te laten.
De heer BEEREPOOT reageert hierop met de stellingname dat juist het schoolwerkplan
in de toekomst een belangrijke funktie in het onderwijs zal hebben. Daaruit zal
ondermeer blijken in hoeverre de daarin geformuleerde uitgangspunten overeenstemmen
met het onderwijsbeleid van de gemeente.
WETHOUDER VAN GILS antwoordt dat hij er op zich geen moeite mee zou
hebben wanneer ook het schoolwerkplan door de Raad zou worden vastgesteld. Ander
zijds is hij van mening dat het schoolwerkplan in hoofdlijnen moet overeenstemmen
met hetgeen daarover in de wet is bepaald, bovendien wordt het onderwijsbeleid
in hoofdzaak bepaald door de berg circulaires die daarover door het Ministerie
wordt geproduceerd. De Raad lijkt hiervoor niet het meest aangewezen orgaan.
De heer BEEREPOOT merkt op dat het nu juist de bedoeling is dat er
binnen het onderwijs een stuk decentralisatie plaatsvindt. Het zal echter nog
wel een aantal jaren duren voordat daaraan gestalte wordt gegeven. Op dat moment
krijgt het schoolwerkplan ook meer inhoud.
WETHOUDER VAN GILS stelt voor over enkele jaren te bezien of er aanlei
ding bestaat de vaststelling van het schoolwerkplan door de Raad te laten geschieden.
De heer WILLEMSEN is van mening dat wanneer de gemeente Nieuw-Ginneken
over 50 openbare scholen zou beschikken de heer Beerepoot de voorgaande vragen
niet gesteld zou hebben.
WETHOUDER VAN GILS merkt in dit verband op dat de Raad dan ook
meer raadsleden zou tellen.
De VOORZITTER stelt vast dat er in de Raad een duidelijke behoefte
aanwezig is meer te weten over het onderwijsbeleid door kennisname van het school
werkplan; dit zal dan ook ter inzage aan de Raad worden gegeven.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten zoals op de agenda
is voorgesteld met inachtneming van het toegevoegde derde lid zoals staande de
vergadering door het college is voorgesteld.
4. VOORSTEL TOT BENOEMING VAN DE HEER J. VISSER TOT DIREKTEUR VAN DE OPENBARE
BASISSCHOOL DE KLOKKEBEI" TE ULVENHOUT.
Op een vraag van de heer TEUNISSEN antwoordt WETHOUDER VAN GILS dat
benoeming, schorsing en ontslag van direkteuren in het vervolg besproken zullen
worden in de commissie AJZ
Hierna wordt bij acclamatie besloten de heer J. Visser te benoemen
tot direkteur van de openbare school.
5. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR HET AANBRENGEN VAN
EEN BEVEILIGINGSINSTALLATIE IN EEN ZESTAL BASISSCHOLEN ALSMEDE IN HET GEMEENTEHUIS.
Daar het door de toegenomen criminaliteit noodzakelijk is gebleken
beveiligingsinstallaties aan te brengen, kunnen de heren VAN GESTEL, PLATZBEECKER
en VAN DER WESTERLAKEN instemmen met het voorstel van het college.
De heer PLATZBEECKER vindt het een goede zaak dat een stuk verant
woordelijkheid bij de schoolbesturen blijft liggen. De heer van der Westerlaken geeft
te kennen voorstander te zijn van een luide alarmsignalering bij inbraak en vraagt