-8-
WETHOUDER VERKOOIJEN zegt toe dat wanneer op basis van het punten-
stelsel een geheel andere huur berekend zou moeten worden, dit aan de Raad
zal worden medegedeeld. Hij betwijfelt of er wel voldoende mogelijkheden zijn
om na afbraak van het bestaande gebouw te komen tot nieuwbouw; dit is reeds
in samenspraak met de woningbouwvereniging bekeken en niet haalbaar bevonden.
Bovendien zou dit ten koste gaan van drie woningen uit het woningwetcontingent.
Het college gaat er vanuit dat Gedeputeerde Staten hun goedkeuring zullen
hechten aan het plan zoals dit nu aan de Raad is voorgelegd. Wanneer dit niet
het geval mocht zijn zal het college met andere plannen terugkomen in de Raad.
In afwachting van de goedkeuring zal door Openbare Werken bekeken worden wat
er gedaan moet worden ten aanzien van het toekomstig onderhoud van deze woningen.
WETHOUDER VAN GILS verklaart dat de huurcalculatie is gebaseerd
op 9% van de investeringskosten om van deze oude school drie woningen te maken.
Hoewel dit voor deze kleine woningen een vrij hoge huur oplevert gelooft hij
dat dat in de praktijk niet veel problemen zal opleveren. Ook in Galder is
er behoefte aan woningen voor alleenstaanden en aanstaande echtparen die deze
huur kunnen betalen danwel gebruik kunnen maken van de daarvoor bestaande subsidie
regelingen in Nederland. De mogelijkheid deze woningen over te dragen aan
de woningbouwvereniging is nihil. Er is reeds bekeken op deze plaats drie
kleine woningen te bouwen maar dat bleek financieel niet haalbaar omdat dan
de grondkosten wel ingebracht moeten worden; bovendien zou dit ten koste gaan
van het contingent woningwetwoningen.
WETHOUDER VERKOOIJEN zegt dat uiteraard bij de definitieve uitvoering
van dit plan rekening zal worden gehouden met de bepalingen in de bouwverordening
De heer VAN DEN BROECK waarschuwt het college geen denkfout
te maken omdat de huurprijzen ingevolge de Huurwet worden vastgesteld volgens
het puntenstelsel en niet volgens de investering. Hij brengt daarom de mogelijk
heid om te komen tot nieuwbouwwoningen opnieuw onder de aandacht van
het college.
De VOORZITTER vraagt hem daarover kontakt op te nemen met de afdeling
Openbare Werken.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten zoals op de agenda
is voorgesteld.
16a. VOORSTEL TOT AANKOOP VAN EEN STROOK GROND TEN BEHOEVE VAN DE AANLEG VAN
EEN FIESTPAD LANGS DE GALDERSEWEG
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals
op de agenda is voorgesteld.
17. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET VOOR HET OPMAKEN
VAN EEN NIEUWE WEGENLEGGER.
De heer VAN YPEREN is van mening dat het een goede zaak is dat
er een nieuwe wegenlegger wordt aangelegd omdat daaruit niet alleen de juiste
eigendomsverhoudingen blijken maar ook welke beperkingen er op eigendommen
liggen met betrekking tot de openbaarheid daarvan. Hij vindt echter het gekozen
moment niet juist omdat zich de komende vijf jaar grote veranderingen zullen
voordoen met betrekking tot de aanleg van rijksweg 58.
De heer VAN DER WESTERLAKEN vraagt of nog eens nagegaan kan worden
of dit werk kan worden uitgevoerd in het kader van de werkverruimende maat
regel
WETHOUDER VERKOOIJEN zegt toe dat in afwachting van goedkeuring
zal worden bekeken of dit projekt in tijd wat vertraagd kan worden zodat de