-5-
E. Jaarlijkse rapportage
De gemeenten dienen jaarlijks vóór 1 april aan Gedeputeerde Staten rapport
uit te brengen over:
- de besteding van de in het verslagjaar ontvangen gelden
- de verwachte behoefte aan middelen voor de komende 5 jaar aan de hand
van reeds ontwikkelde en in voorbereiding zijnde plannen (geen onge
limiteerde opgave van de behoefte dus, maar een duidelijk programma).
Bovendien kan in een kwalitatief deel ook informatie worden verstrekt.
Voor een deel is deze informatie verplicht, zoals een aanduiding van
gesaneerde milieuhinderlijke bedrijven. Daarnaast kan de gemeente bijvoor
beeld ook knelpunten vermelden.
De rapportage is vooral van belang voor:
- het inzicht in de wijze van besteding van de middelen en daarmee in
de voortgang van de stadsvernieuwing
- het inzicht in de behoeften van de gemeenten in de komende 5 jaar,
ten behoeve van de jaarlijkse opstelling van een nieuw Meerjarenplan
voor de stadsvernieuwing (M.P.S.)
- de stand van het fonds per 31 december van elk jaar.
De inrichting van de jaarlijkse rapportage is geregeld in het Besluit
op de Stads- en Dorpsvernieuwing.
F. Subsidieverordening
In de subsidieverordening moeten de gemeenten vastleggen hoe en voor welke
aktiviteiten zij subsidie voor stadsvernieuwing verlenen aan natuurlijke
en aan rechtspersonen.
Om voor derden-belanghebbenden rechtszekerheid en duidelijkheid te ver
schaffen, moet de verordening voorschriften bevatten over de wijze waarop
jaarlijks bekend wordt gemaakt welk bedrag voor geldelijke steun beschik
baar is en hoe dit wordt verdeeld over de verschillende sectoren van
de samenleving. Daarbij wordt in elk geval gedacht aan (organisaties
van) woonconsumenten, met name de bewoners van huur- en eigen woningen,
het qeorganiseerdebedrijfsleven en de sociale en culturele instellingen.
Deze verordening hopen wij in april te presenteren.
G. Taken van de provincie
De rol en taken van de provincie liggen zoals vermeld op het terrein
van de coördinatie, toezicht en stimulering van de stads- en dorpsver
nieuwing
a. verdeelverordening
Voor de verdeling van de bijdragen door Gedeputeerde Staten over de ge
meenten die geen rechtstreekse uitkeringen van het Rijk krijgen, dienen
provinciale staten een verordening vast te stellen. De verdeelverordening
moet in elk geval regels bevatten voor de wijze waarop Gedeputeerde Staten
voor de verstrekking van de bijdragen de prioriteiten tussen de gemeenten
vaststellen, evenals regels voor de aanspraken van de gemeenten.
De provincies zouden op 1 januari 1985 over een verdeelverordening moeten
beschikken, omdat zij anders geen bijdragen uit hun stadsvernieuwings
fondsen aan gemeenten kunnen overmaken.
Ons is gebleken dat de provincie nog geen verdeelverordening heeft vast
gesteld zodat wij u nu geen concreet voorstel kunnen doen over de verdeling
van gelden welke Nieuw-Ginneken krijgt toegewezen.
b. toezicht
Gedeputeerde Staten zien er achteraf op toe dat de aan de gemeenten ver
strekte bedragen zijn besteed aan stadsvernieuwing, zoals ook het toezicht
op alle andere uitgaven bij hen berust.