bijdrage levert aan het uiterlijk aanzien van het stads- of dorpsgezicht 4. In afwijking van het bepaalde in het tweede en derde lid kunnen burgemeester en wethouders toestaan dat de voorzieningen in ten hoogste vier fasen, doch uiterlijk binnen vier jaar, worden getroffen, mits in de eerste fase ten minste de bouwtechnische gebreken van het gehele pand of een zelfstandig onderdeel ervan worden opgeheven. 5. In afwijking van het bepaalde in het tweede en derde lid kan een bijdrage-ineens worden toegekend voor het treffen van voorzieningen tot gedeeltelijke opheffing van bouwtechnische gebreken, indien het een beschermd monument betreft en de voorzieningen in het belang van de instandhouding met spoed dienen te worden getroffen. Artikel 35 Bij hun beslissing op aanvragen om bijdragen-ineens ingevolge artikel 3.2 houden burgemeester en wethouders in elk geval rekening met: a. de prioriteit die het treffen van de voorzieningen in het kader van de stadsvernieuwing heeft; b. de waarde van het pand als monument of als beeldbepalend pand; c. de bouwtechnische en uiterlijke staat van het pand, mede in relatie tot zijn omgeving; d. het huidige en toekomstige gebruik van het pand; e. de wijze van exploitatie van het pand; f. de mate waarin de werkzaamheden, verbonden aan het treffen van de voorzieningen, worden verricht door de eigenaar, anders dan in de uit oefening van zijn bedrijf, al dan niet met hulp van anderen, zonder dat bij de hulp sprake is van uitoefening van een bedrijf. Artikel 3.6 1. Op de bijdrage-ineens is het bepaalde in artikel 2.4 van overeen komstige toepassing met dien verstande dat in plaats van het in dat artikel vermelde artikel 2.3, tweede lid moet worden gelezen artikel 3.4, vierde lid. 2. De bijdrage-ineens wordt voorts toegekend onder de voorwaarde dat de eigenaar schriftelijk ten genoegen van burgemeester en wethouders verklaart dat het pand na het treffen van de voorzieningen behoor lijk zal worden onderhouden. Artikel 3.7 Artikel 2.11 is van overeenkomstige toepassing. Artikel 3.8 1. Burgemeester en wethouders beslissen omtrent een aanvraag om een bijdrage-ineens binnen zes maanden na de dag waarop de aanvraag ontvangen is. 2. Zij kunnen hun beslissing eenmaal voor ten hoogste drie maanden verdagen. Een afschrift van hun besluit tot verdaging zenden zij aan de aanvrager

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 302