-8-
te zullen gebruiken om mensen op posten te plaatsen waar gebrek aan menskracht ont
staat. Spreekster kan zich verenigen met het schriftelijk antwoord van het college
en had dit alleen nog sterker willen beargumenteren.
De heer BEEREPOOT vraagt of de openstelling van de afdeling Burgerlijke
Stand op zaterdagmorgen gehandhaafd blijft.
De VOORZITTER antwoordt dat dit laatste het geval is en dus onveranderd
blijft. Mevrouw Bogmans heeft reeds voor een gedeelte het antwoord van het college
gegeven. Daaraan zijn nog slechts een paar zaken toe te voegen. In de eerste plaats
heeft Nieuw-Ginneken een kleine organisatie waardoor de onderlinge vervangbaarheid
zeer beperkt is; er werken veel solisten. Met die kleine organisatie is best te
leven maar ze heeft haar beperkingen. Wanneer een man of vrouw met een typische
deskundigheid afwezig is betekent dat een inleveren van service. Het is een
mogelijkheid het teruglopen van de arbeidstijd van 40 naar 38 en in de toekomst
misschien 36 uur in alle vrijheid op te laten nemen. Het college heeft echter
gemeend dit in overleg met de medewerkers en de bonden te moeten samenpakken en
zichtbaar te maken op bepaalde tijden dat er geen dienstverlening is. Ook deze
regeling heeft zijn voor- en nadelen maar er is naar gestreefd deze zo beperkt moge
lijk te houden. Het is een nadeel dat het gemeentehuis op vrijdagmiddag gesloten is.
Uitbreiding van het aantal verlofdagen stelt een kleine organisatie echter voor fj|
veel grotere problemen. Wanneer het aantal verlofdagen 40 bedraagt zal er zo vaak
vakantie worden opgenomen dat het publiek ook vaak tevergeefs een beroep op een man of
vrouw zal doen heteeen ook tot service-verlies leidt. Ook in de vergadersfeer zal het
steeds moeilijker zijn de agenda's op elkaar af te stemmen. Het college heeft de
indruk dat de nadelen van arbeidsduurverkorting naar het publiek middels een goede
voorlichtingvolgens de thans geldende regelinghet best kunnen worden ondervangen.
Hoofddoel van de arbeidsduurverkorting is altijd geweest uitbreiding van de werk
gelegenheid. Door de staf worden op dit moment de knelpunten geïnventariseerd.
De beschikbaar komende herbezettingsgelden zullen voor 100% gebruikt worden in de
werkgelegenheidssfeerWaar nodig zal deze zelfs nog uitgebreid worden waartoe het
college de Raad zal voorstellen extra gelden op de begroting uit te trekken.
De heer PEGEL blijft het onjuist vinden dat een overheidsinstelling op
vrijdagmiddag dicht gaat, in casu dat het gemeentehuis wordt gesloten. Het is
naar zijn mening niet nodig de 104 vrijkomende uren door arbeidstijdverkorting in
te-vullen in 13 verlofdagen. In het bedrijfsleven worden deze uren ingeroosterd als
roostervrije uren; de overheid hoeft daarop geen uitzondering te maken. Ook het
bedrijfsleven kent dezelfde problematiek van onderlinge vervanging maar deze wordt
gewoon opgelost. Het kan voordeel hebben wanneer bepaalde teams gelijktijdig gaan
roosteren.
De VOORZITTER stelt dat de service aan het publiek voorop gestaan heeft tl)
en deze wordt bij de huidige regeling het minst geschaad. Er zijn gemeenten die
het anders regelen maar ook gemeenten die het op dezelfde manier regelen als Nieuw-
Ginneken; afhankelijk van het type gemeente. De service aan het publiek in Nieuw-
Ginneken zou een slechte dienst worden bewezen wanneer de invulling van de A.D.V.
op een andere manier zou worden geregeld. Bovendien is een en ander-gebeurd in over
eenstemming met drie vakbonden.
De heer VAN YPEREN heeft alle respect voor de wijze waarop deze regeling
in Nieuw-Ginneken tot stand is gekomen; zij is voor een kleine gemeente waarschijn
lijk de beste oplossing. Hij signaleert echter dat de minister van Binnenlandse
Zaken er bij zijn onderhandelingen over de arbeidsduurverkorting vanuit is gegaan
dat de service aan het publiek gelijk moet blijven. Bij de rijksoverheid betekent
dit dat de kantoren open blijven. In Nieuw-Ginneken ligt de situatie echter anders
en hij stelt daarom voor een antwoordapparaat in te schakelen.
De heer VAN DER WESTERLAKEN is van mening dat arbeidsduurverkorting
een maatschappelijk verschijnsel is, hij verwacht dat het niet lang meer zal duren
tot er op vrijdagmiddag helemaal niet meer gewerkt zal worden. Een en ander is
het gevolg van de toegenomen arbeidsproduktiviteit