Op voorhand is het duidelijk dat het inspraakprocedurebesluit aanzien lijk zal verschillen al naar gelang aangelegenheden in het geding zijn waarvoor een brede kring van betrokkenen moet worden gehoord (structuur plan, bestemmingsplan, stadsvernieuwingsplan) dan wel kleinschalige enniet ver strekkende inrichtingsmaatregelen, waarbij slechts een beperkt aantal personen zich betrokken voelt. 7. WIJZIGING VAN DE INSPRAAKPROCEDURE In de praktijk kan de noodzaak ontstaan de inspraakprocedure tijdens de rit te wijzigen, bijvoorbeeld omdat de opstelling van een derde rit waarvan de gemeente voor de uitvoering van het beleidsvoornemen afhankelijk is, aanpassing van het tijdschema of andere voorwaarden noodzakelijk maakt. Het ligt voor de hand te denken aan inkorting van de inspraaktermijnen, maar ook verdaging kan in een enkele situatie in het belang van een goed verloop van het inspraakproces zijn. Zo kan het zijn dat inspraak op het ene beleidsvoornemen pas zinvol kan plaatsvinden nadat de uitkomsten van de besluitvorming met betrekking tot andere beleidsvoornemens bekend zijn. Wanneer nu in de tijdplanning van die andere beleidsvoornemens een onvoorziene vertraging optreedt, behoeft ook de inspraakprocedure ten aanzien van het daarmee soms samenhangende beleidsvoornemen aanpassing. Om in de verordening tegemoet te komen zowel aan de wens tot flexibili teit als aan de wens de wijzigingsbevoegdheid van ons College te begrenzen is het criterium "in spoedeisende gevallen en in overige gevallen waarin de vaststelling van het beleidsvoornemen zulks vereist" toegevoegd. De procedure-regels kunnen aleen gewijzigd worden na advies van de commissie Algemene en Juridische Zaken. 8. DE RAPPORTAGE (ARTIKEL 7) De herziene W.R.O. en de wet op de stads- en dorpsvernieuwing schrijven regeling van de rapportering over de inspraak en over de uitkomsten daarvan uitdrukkelijk voor. Het verdient aanbeveling om ook de insprekers de mogelijkheid te bieden om van het eindverslag kennis te nemen, bijvoorbeeld door terinzage- legging van het eindverslag in het gemeentehuis. 9. RECHTSBESCHERMING Het betrekken van de bevolking bij de besluitvorming wordt thans in toenemende mate ervaren als een politieke wenselijkheid. Zeker voor beleidsvoor nemens op het vlak van de ruimtelijke ordening en stadsvernieuwing bestaat bij de bevolking een aanzienlijke belangstelling. Het stads en dorpsvernieuwingsproces heeft nauwelijks kans van slagen wanneer de bevolking daar niet tijdig en in voldoende mate bij wordt betrokken. Een college van Burgemeester en Wethouders dat onvoldoende tegemoet komt aan de inspraakbehoeften, zal door de gemeenteraad ter verantwoor ding worden geroepen. In die zin bestaan er politieke sancties op ver onachtzaming van de inspraakverplichtingen. Het niet of niet voldoende nakomen van de inspraakverplichtingen kan daarnaast juridische consequenties hebben. Voor het bepalen van deze juridische consequenties is van belang het in de inspraakverordening opgenomen beklagrecht (artikel 8), De herziene W.R.O. en de nieuwe wet op de stads- en dorpsvernieuwing schrijven voor dat een regeling wordt getroffen voor de wijze waarop ingezetenen en in de gemeente een belang hebbende natuurlijke en rechts personen in de gelegenheid worden gesteld hun beklag te doen over de uitvoering van de verordening.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 37