De onderlinge afstemming daarvan betekent dus een extra taak voor dit gemeentebestuur. De voornaamste taak van de Raad is het algemeen belang te dienen. In dat opzicht is er zowel voor het College als voor de Raad een taak weggelegd om sturend op te treden als bepaalde initiatieven het evenwicht tussen de kerkdorpen dreigen te verstoren. Het historisch gegroeide evenwicht tussen de dorpen moet ook naar de toekomst bewaard blijven. De Partij van de Arbeid verwijst naar een aanhaling vanuit de Troonrede zoals deze door het College is gedaan. Het College onderschrijft de stelling uit de Troonrede dat de economie zich in stijgende lijn bevindt, maar dat desondanks bezuinigingen nodig zijn. In dat opzicht is er een parallel te bespeuren tussen datgene wat het kabinetsbeleid voor heeft en datgene wat het College in Nieuw-Ginneken zou willen realiseren. Daarmede heeft het College geen totaal-oordeel gegeven over de troonrede; dat ligt ook niet op haar weg. Met uitzondering van de Partij van de Arbeid zijn alle frakties het met het College eens dat het aantal commissies moet worden verminderd. De Partij van de Arbeid heeft zich daarover nog niet uitgesproken maar ook zij vindt bezinning rondom het commissiewerk een goede zaak. Het is de bedoeling van het College geweest het denkproces rond het functioneren van de commissies in gang te zetten. Dit kan zijn afronding vinden wanneer op 29 april 1986 de nieuwe Raad aantreedt en de commissies opnieuw bemand en bemensd moeten worden. Tot 29 april 1986 bestaat er gelegenheid om in de commisie A.J.Z. de inmiddels naar voren gebrachte suggesties te bespreken om op het moment dat de nieuwe Raad aantreedt met een afgerond voorstel te kunnen komen. Een ander facet van het bestuurlijk functioneren is feit dat de democratie en de politiek een Raad hebben opgeleverd waarin 7 fracties zitting hebben, hetgeen objectief gesproken redelijk veel is bij een totaal van 15 raadsleden. Dit heeft in de eerste plaats tot gevolg dat er geen echte grote partijen zitting hebben in deze Raad. Een tweede gevolg is dat de twee wethouders in het College niet kunnen steunen op een eigen meerderheid in de Raad maar de steun behoeven van een derde partij. Hoe goed dit ook heeft gefunctioneerd het geeft toch afstemmingsvragen in de beleidsvoorbereiding. Een derde gevolg is dat bepaalde fracties niet kunnen deelnemen aan het commissiewerk; een politieke realiteit maar op zichzelf te betreuren. Op de vierde plaats kan de werkbelasting voor de kleine fracties op een bepaald moment te groot worden. Zuiver bestuurlijk gezien zou je daarom als College de wens kunnen uitspreken dat het aantal fracties of partijen vermindert; sommige programma's liggen zo dicht tegen elkaar dat samenvoeging voor de hand zou kunnen liggen. Het vertegenwoor digingsstelsel in Nederland geeft de volle vrijheid om tot partijvorming te komen. De realiteit gebiedt echter te wijzen op de gevolgen van een versnipperde volksvertegenwoordiging Het College heeft de Raad in kennis gesteld van de bezinning op het functioneren van de ambtelijke organisatie. Het College laat zich daarin adviseren door externe deskundigen maar wil vooral het denkproces op gang brengen vanuit de organisatie zelf; de medewerkers worden daarin uitdrukkelijk betrokken. Het College zal de Raad informeren over de voort gang van dit bezinningsproces, zeker wanneer dit zou leiden tot reorgani satieplannen of functionele wijzigingen. Over privatisering zal het College met de Raad spreken aan de hand van een nota welke op korte termijn aan de commissie Algemene en Juridische Zaken zal worden aangeboden. Daarnaast vindt reeds samenwerking plaats met een aantal regio-gemeenten binnen het Stadsgewest. In het kader van het verlengd lokaal bestuur worden daar taken uitgevoerd zoals de gehele Gezondheidszorg, de brandweer en de Milieu zorg. Andere samenwerkingsvormen vinden plaats bij de toepassing van bepaalde sociale regelingen zoals het bijzonder onderzoek en de uitvoering van de wet Sociale Werkvoorziening. Waar dit nuttig is wil het College wel uitbreiding geven aan deze vormen van samenwerking. Op de herbezetting en de besteding van de gelden daarvoor zal wethouder Van Gils ingaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 506