-11- Na heropening van de vergadering stelt de VOORZITTER aan de orde de Algemene Beschouwingen in tweede termijn: Namens het C.D.A. spreekt de heer BEEREPOOT zijn waardering uit voor de uitvoerige toelichting door het College, er resten hem nog enkele korte opmerkingen en vragen. Wanneer het College in zijn beleid komt tot een uitwerking van het subsidiariteitsbeginsel dan is dit een onderschrijving van een van de uitgangspunten van het C.D.A. Wanneer het College het ook tot een beleidstaak rekent om tot een zo goed mogelijke afstemming van belangen tussen de verschillende kerkdorpen in deze gemeente te komen dan sluit dat precies aan bij hetgeen het C.D.A. voorstaat; name lijk een behartiging van de belangen van elk kerkdorp en niet van een deelbelang zoals bij enkele andere frakties het geval is. Het voorstel om het aantal commissies terug te dringen kent zeer positieve elementen. Samenvoeging van de commissies Welzijn en Financiën lijkt minder gelukkig omdat het welzijn dan wel eens het kind van de rekening zou kunnen worden. De resultaten van een eventuele reorganisatie van de ambtelijke organisatie worden afgewacht. Met genoegen wordt geconstateerd dat de suggesties met betrekking tot de verbetering van het contact tussen de bevolking en de rijkspolitie worden overgenomen en dat deze bevolking middels de Raad wordt betrokken bij de opstelling van een politie-beleidsplan. Dat daarin zaken zoals genoemd in de Algemene Beschouwingen ruimschoots aandacht krijgen stemt tot tevredenheid. De aandacht van het College voor de leefbaar heid van het gemeentedeel Ulvenhout zal verder moeten reiken dan alleen de bouw van woningen. Wat de herbezetting van leegstaande panden in Bavel betreft wordt de suggestie gedaan een overeenkomst aan te gaan met een project-ontwikkelaar zoals dat ook bij het Amro-project het geval is geweest. Het verlenen van ontwikkelingshulp heeft altijd de instemming van zijn fraktie gehad. Bij het instellen van een werkgroep moet eerder gedacht worden aan een versterking van het bestaande particulier initiatief dan het in het leven roepen van een aan de gemeente gebonden werkgroep. De uitbreiding van sportaccommodaties is intussen een langlopende procedure geworden. De C.D.A.-fraktie is van mening dat er voor het Ulven- houtse gebeuren zeker in de december-vergadering een voorstel aan de Raad moet komen omdat deze voorziening anders niet gereed zal zijn voor het volgende winterseizoen. Met de constatering dat de situatie rond de vuil stortplaats Bavel-Dorst is verbeterd is zijn fraktie het eens. Het verzoek van andere frakties om te streven naar een oplossing van het parkeerprobleem voor vrachtwagens wordt ondersteund. Bij de besteding van de herbezettings- gelden zal het College vooral de aspekten van de jeugdwerkloosheid in het oog moeten houden. De aandacht van het College wordt gevraagd voor de bestrijding van het verkeerslawaai met name rond de Beekhoek wanneer Rijksweg 58 daar wordt aangelegd. Met betrekking tot het recreatieplan Galderse Meren wordt opgemerkt dat daarin rekening wordt gehouden met een te geringe bezoekerscapaciteit; 12.000 terwijl er nu reeds 25.000 komen. Wanneer dit plan de komende jaren terug in de Raad zal worden ge bracht zal het beter onderbouwd moeten zijn. Met betrekking tot de bergings vijver wordt gevreesd dat daar een onhygiënische situatie zal ontstaan, het College wordt uitgenodigd het tegendeel aan te tonen. Voor de Zr. Boomaarsstraat wordt een snelle doortrekking bepleit. Hierna wordt gereageerd op de Algemene Beschouwingen en een stuk in de Gemeentekrant van de heer Paulussen. Daarin zijn de vertegen woordigers van landelijke politieke partijen afgeschilderd als onechte burgers, marionetten en zelfs kwajongens. De verhouding in de huidige Raad is echter zodanig dat daarin 8 leden zitting hebben namens landelijke politieke groeperingen en slechts één lid namens Gemeentebelangen Ulvenhout; ongetwijfeld is het zo dat de gemeente veel verstandige kiezers telt Daarnaast is het zo dat er in de C.D.A.-fraktie een groot aantal leden zitting hebben die hun sporen verdiend hebben binnen plaatselijke verenigingen en organisaties. De heer Paulussen wordt uitgenodigd mede te delen in welke plaatselijke verenigingen en organisaties hij is vertegenwoordigd. Ook wordt hij uitge nodigd aan te geven in welk opzicht hij een beter overleg voert met de plaatselijke achterban dan de C.D.A.-vertegenwoordiging.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1985 | | pagina 514