Artikel 6
De tekst van artikel D1tweede lid wordt vervangen door de navolgende:
"Bij de regeling van de werktijd wordt in acht genomen:
a. dat de arbeidsduur gemiddeld over een jaar berekend ten hoogste 38 uren
per week en in de regel ten hoogste 152 uren in vier achtereenvolgende
weken bedraagt;
b. dat geen arbeid wordt verricht op zaterdagen en zondagen, tenzij afwijking
van deze regel in het belang van de dienst noodzakelijk is;
c. dat de werktijd behoorlijk door rusttijd wordt onderbroken".
Artikel 7
Aan artikel D1 wordt een nieuw achtste lid toegevoegd, luidende:
"8. Onder roostervrije tijd wordt verstaan de in het kader van de regeling
van de werktijd door burgemeester en wethouders aangewezen werkdagen of
delen daarvan, waarop door de ambtenaar, in beginsel, geen arbeid behoeft
te worden verricht".
Artikel 8.
De tekst van artikel D3, 4e lid wordt vervangen door:
"De ambtenaar heeft in elk jaar aanspraak op door burgemeester en wethouders
te bepalen roostervrije tijd. Deze roostervrije tijd wordt zo enigszins mogelijk
gelijkmatig over het jaar verdeeld".
Artikel 9.
Dit besluit wordt geacht te zijn in werking getrèden met ingang van 1 augustus
1985.
ALDUS BESLOTEN IN ZIJN OPENBARE VERGADERING
VAN 10 DECEMBER 1985.
DE RAAD VOORNOEMD,
voorzitter.
secretaris.
Fin/85.2831/TV/DG
