gemeente nieuw-qinneken
Raadsvergadering
10 december 1985
Agenda Nr9
Klass. Nr.: -1.851.01
Onderwerp
Voorstel tot vaststelling van een afvloeiings
regeling voor het personeel aan de openbare
basisschool
Ulvenhout, 26 november 1985.
Aan de Raad,
Uw Raad heeft op 19 augustus 1980 vastgesteld de "Verordening
tot regeling van de afvloeiing van het onderwijzend personeel in dienst
van het openbaar kleuter- en gewoon lager onderwijs in de gemeente Nieuw-
Ginneken"Deze verordening was gestoeld op de kleuteronderwijswet en
de lager-onderwijswet 1920.
Zoals u weet is op 1 augustus 1985 de Wet op het Basisonderwijs
(W.B.O.in werking getreden. In deze wet is o.a. de basis gelegd voor
de in het Rechtspositiebesluit Onderwijspersoneel opgenomen verplichting
tot het vaststellen van een (nieuwe) afvloeiingsregeling voor het personeel
van onder andere openbare basisscholen.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft in overeenstemming
met de in het Contactcentrum bevordering openbaar onderwijs samenwerkende
personeels- en ouderorganisaties een (model-afvloeiingsregeling samen
gesteld. Gemeenten die dit model overnemen behoeven daarover geen overleg
te voeren met de plaatselijke c.q. districtsafdelingen van de betrokken
personeelsvakorganisaties (Algemene bond van onderwijspersoneel, Algemene
vereniging voor medewerkers bij het onderwijs).
In de "oude" afvloeiingsregeling was de ontslagvolgorde globaal
als volgt geregeld:
a. vast aangesteld personeel: op de eerste plaats zij die daartoe de
wens hebben kenbaar gemaakt, waarbij ouderen voor jongeren gaan. Voorts
degenen met de minste diensttijd;
b. tijdelijk aangesteldenbij overschot aan personeel vindt in de eerste
plaats geen verlenging van benoemingen in tijdelijke dienst plaats.
Daarbij wordt eveneens de sub a. omschreven volgorde in acht genomen.
De voorstelde (model-}afvloeiingsregeling kan als volgt worden
samengevat:
1. tijdelijk aangestelden: a. die zulks wensen (ouderen vóór jongeren)
b. de minste diensttijd;
2. vast-aangestelden dezelfde volgorde;
3. direkteur bij de opheffing van de school.
Wij stellen u voor overeenkomstig het aangehaalde model een
afvloeiingsregeling voor het personeel van de openbare basisschool alhier
vast te stellen. Een ontwerp-besluit ligt bij de stukken ter inzage.
Tevens ligt bij de stukken ter inzage het door de mede-zeggen-
schapsraad terzake uitgebrachte positieve advies.
De bestaande afvloeiingsregeling voor het personeel aan gemeen
telijke kleuter- en lagere scholen is van rechtswege vervallen.
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN NIEUW-GINNEKEN
De Secretaris, De Burgemeester,
Fin/85.2869/TV/DG Th. Bossink. M. van de Ven.