Ook hij had verwacht dat het college een totaalplan gepresenteerd zou
hebben voor alle aktiviteiten welke nu in het Mariaschoolcomplex
plaatsvinden zoals ook door de heer van Harten hiervoor werd aange
geven. Hij is van mening dat het mogelijk moet zijn de Rosmolenschool
iets ruimer uit te bouwen dan nu wordt voorgesteld en de daardoor vrij
komende lokalen bij 't Weitje te bestemmen bijvoorbeeld voor de her
huisvesting van de peuterspeelzaal. Gezien de beperkingen welke de
LPG-tank aan de overzijde met zich brengt vraagt hij zich af of het
wellicht geen aanbeveling verdient het gehele Aral-station een ander
vestigingspunt binnen de gemeente aan te bieden. Dit zal meer armslag
geven m.b.t. de bebouwingsmogelijkheden en ook de veiligheid van de
kinderen zou daarmee gediend zijn. Daarnaast zou hij graag geïnformeerd
worden of het door het Ministerie beschikbaargestelde bedrag van
f 59.000,— voor de integratie verbouwing van de Maria basisschool ook
beschikbaar blijft en aan wie.
Vervolgens vraagt hij aandacht voor aanpassing van de verkeersvoor-
zieningen om voor de schoolgaande kinderen een andere route te gaan
volgen met name nabij de Annevillelaanaankleding van de school met
speelatributeneen andere huisvesting voor IMV en De Beeldenaar, het
intakthouden van de voorgevel van de Mariaschool en vestiging van een
sociaal-cultureel centrum voor ouderen op deze lokatie
MevrBOGMANS vraagt aandacht voor de herhuisvestingsproble-
matiek welke voor een aantal sociaal-culturele aktiviteiten gaat ont
staan en verwijst daarbij naar de door haar gedane suggesties in de
commissie Welzijn.
Ook de heer van YPEREN verwijst naar de door hem gedane
suggesties in de commissie Welzijn. Hij is van mening dat het hebben
van dislokaties voor het onderwijs een onbruikbare situatie oplevert.
In dat verband kan hij zich verenigen met de door de heer van Harten
gedane suggesties.
Er ontspint zich een korte discussie tussen de heren
TEUNISSEN, van HULST en van der WESTERLAKEN over het al dan niet aan
wezig zijn van tien leerlingengroepen in de Rosmolenschool.
Wethouder ROPS is van mening dat de Raad zich in eerste
plaats moet richten op de onderwijskundige gevolgen van dit voorstel en
zich pas daarna moet richten op bijkomende effecten. Het bericht van
opheffing en samenvoeging van scholen in Ulvenhout heeft het college
eerst op 12 juni 1986 bereikt waardoor een en ander in een stroomver
snelling is geraakt. Hij houdt daarom vast aan het voorstel tot uit
breiding van de Rosmolenschool met een leslokaal en een speel werklo
kaal waardoor de fusie school in 1990 in haar geheel aan de Roskam
gehuisvest kan worden. Het tijdelijk bijplaatsen van containerlokalen
behoort tot de verantwoordelijheid van het schoolbestuur. De gemeente
moet zich richten op realisatie van een speelwerk- en een leslokaal
voor 1 augustus 1987. Het bedrag van f 59.000,wat disponibel was
voor integratiekosten binnen de Mariaschool zal gebruikt worden om druk
uit te oefenen op het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen te Den
Haag.
Wethouder van GILS wijst erop dat het voorstel is gebaseerd
op het eindplaatje zoals dat er voor het bijzonder onderwijs in Ulven
hout over enkele jaren uit zal zien. Het zal naar zijn mening de nodige
moeite kosten om dit bij het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen
in de wacht te slepen. Eerst daarna kunnen vragen beantwoord worden
zoals die mede door de heer van HARTEN zijn gesteld. Ook hij veronder
stelt dat het schoolbestuur geen voorstander zal zijn van handhaving
van dislokatie hetgeen ondervangen zou kunnen worden door het tijdelijk
bijplaatsen van een of meerdere containerlokalen
