-4- 11. MEDEDELINGEN. De VOORZITTER zet uiteen dat zoals bekend door zowel de gemeente Breda als door zandwinningsmaatschappij Brabant B.V. ont grondingswerkzaamheden worden verricht in het gebied van de Galderse Meren. Zowel de gemeente Breda als Brabant B.V. hebben een ontgron dingsvergunning aangevraagd voor delen van het gebied welke niet als zodanig zijn aangewezen in het oude bestemmingsplan Galderse Meren. Dit bestemmingsplan is nog niet aangepast aan het nieuwe inrichtings plan zoals dat binnen afzienbare tijd zal worden vastgesteld. Aangezien beide ontgrondingen wel passen binnen dit inrichtingsplan zijn zij gepubliceerd ingevolge de artikel-19 procedure van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. Deze procedure stelt eenieder in de gelegenheid bezwaren tegen het voornemen om beide vergunningen te verlenen in te dienen er zijn reeds bezwaren ingediend. Wegens het ontbreken van voldoende wegenzand heeft de aanbesteding van de aanleg van een gedeelte van rijksweg 58, Bavel-Rijsbergennog niet plaatsgevonden. Met inachtneming van de termijnen ingevolge de artikel-19 procedure kan het nog wel enige weken tot maanden duren alvorens met ontheffing van Gedeputeerde Staten, vergunningen kunnen worden verleend. Met betrekking tot het procedure-/vergaderschema van de Raad in 1987 deelt de VOORZITTER mede dat de geplande vergadering op 3 maart 1987 geen doorgang kan vinden omdat die datum samenvalt met Carnaval. Met handhaving van de geplande commissievergaderingen zal deze raads vergadering worden verschoven naar de dinsdag daaropvolgende, 10 maart 1987. De heer VAN GESTEL constateert dat nog veel te veel wordt afgeweken van de in het procedureschema vastgelegde termijnen. Zowel ten aanzien van de raadsstukken als ten aanzien van de commissiever gaderingen is hij van mening dat de daarop betrekking hebbende stukken ten minste één week voor die vergadering bij de raadsleden binnen moeten zijn. De VOORZITTER antwoordt dat de heer Van Gestel enerzijds volkomen gelijk heeft, maar dat anderzijds, in het belang van de aktualiteit, vaak stukken toegevoegd moeten worden waardoor een span ningsveld ontstaat. Het streven is er echter op gericht deze stukken zo snel mogelijk toe te voegen. Door de gemeentesecretaris en de chef Interne Zaken zal bekeken worden of in de planning een vervroeging van toezending van stukken kan worden aangebracht. De VOORZITTER vraagt de Raad een lid voor te dragen dat zitting zal nemen in de Werkgroep Ontwikkelingssamenwerking. De heer VAN GESTEL, gesteund door de heer H. VAN GILS, stelt voor namens de Raad de heer Van Harten in deze werkgroep te benoemen. De RAAD stemt bij acclamatie in met de aanwijzing van de heer Van Harten in deze. De VOORZITTER signaleert dat vanuit de Raad de behoefte naar voren is gekomen om kennis te maken danwel hernieuwd kennis te maken met diverse bureau's en de aldaar werkzame ambtenaren van de gemeente secretarie. Het College stelt daarom voor op woensdag 5 november 1986 om 14.00 uur een bijeenkomst te beleggen waarin de sectorhoofden en de bureau-chefs een uiteenzetting zullen geven over de werkzaamheden van de onderscheiden sectoren en bureau's welke daarna gevolgd zal worden door een rondgang over de verschillende afdelingen en bureau's. Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt met dit voorstel ingestemd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1986 | | pagina 331