-7-
Wethouder VAN GILS antwoordt dat het minimum aantal peuters
per groep in de Subsidieverordening is vastgelegd op 20. Hij veronder
stelt dat het aantal op de wachtlijst geplaatste peuters onvoldoende
zal zijn om een extra peutergroep te formeren. Overigens heeft het
college de bevoegdheid in bepaalde gevallen toe te staan dat van deze
aantallen wordt afgeweken.
Ten aanzien van de voormalige vakantiekolonie antwoordt de
VOORZITTER dat een aantal potentiële kopers zich heeft geïnformeerd
omtrent de gebruiksmogelijkheden. Het college heeft daarover gesproken
met de commissie Ruimtelijke Ordening, wat er toe heeft geleid dat de
-overigens veel omvattende- bestemming bijzondere doeleinden blijft
gehandhaafd. Er heeft het college een bericht bereikt dat er een
voorlopig koopcontract zou zijn gesloten waarbij het hoofdgebouw
gebruikt zou worden voor vormingswerk in de zin van de Outward Bound-
school
Met betrekking tot de cumulatieve lijst van toezeggingen
antwoordt de VOORZITTER dat alvorens bepaalde toezeggingen van deze
lijst worden afgevoerd eerst de eindconclusie zal worden vermeld, het
zou te ver voeren ook tussentijdse detailinformatie op deze lijst te
vermelden
21. VOORSTEL TOT BEHANDELING VAN DE GEMEENTEBEGROTING 1987.
De VOORZITTER stelt als eerste fraktie het C.D.A. in de
gelegenheid tot het houden van algemene beschouwingen en verleent
daartoe het woord aan de heer VAN HARTEN.
Als nieuwkomer in deze Raad was deze zeer benieuwd naar de hem
toegezonden compilatie van de tijdens deze raadsvergadering uit te
spreken algemene beschouwingen van de diverse frakties. Het is hem
daarbij opgevallen dat de meeste frakties hun bijdrage zeer beknopt
hebben weten te houden. De verontschuldiging voor de omvang van de
bijdrage van de fraktie van de heer VAN HARTEN moet dan ook gezocht
worden in een gemis aan ervaring alsmede in de omvang van zijn fraktie.
Hij spreekt als volgt.
Mijnheer de voorzitter,
De fraktie van het C.D.A. heeft met erkentelijkheid kennis genomen van
de beleidsbegroting 1987.
Met erkentelijkheid omdat de ambtelijke organisatie erin geslaagd is
tijdig overzichtelijke en inzichtelijke beleidsdocumenten te presen
teren. Met erkentelijkheid omdat met name uit de beleidsbegroting
blijkt van welk gewicht de op 29 april jl. aanvaarde motie met betrek
king tot het formuleren van wensen van de nieuwe Raad en het uitwerken
daarvan door het college, is geweest.
Met erkentelijkheid omdat uit de cijfers een financieel gezonde
gemeente zichtbaar wordt waar de Raad zich nog niet behoeft uit te
spreken over ingrijpende bezuinigingen en het drastisch terugbrengen
van het voorzieningenniveau. Wanneer mijn fraktie in het kort bestek
dan toch enkele kanttekeningen bij de nu voorliggende stukken wil
plaatsen dan gebeurt dat onder volledig respect voor de energie die
college en ambtelijke organisatie hebben geïnvesteerd in het formu
leren van uitgangspunten en ordenen van cijfers, en op basis van de
eigen de Raad toekomende verantwoordelijkheid, waarbij voor mijn
fraktie toetsingskriteria zijn het C.D.A.-verkiezingsprogramma