-32-
De heer VAN DER WESTERLAKEN gaat nog even in op het perso
neelsbeleid zoals dat zijns inziens gevoerd dient te worden. Het is
goed dat de organisatie zich richt op een efficiënte bedrijfsvoering.
Wanneer herbezettingsgelden worden aangewend voor andere zaken in het
personele vlak dan sluit dat aan op de hiervoor gemaakte opmerkingen
ten aanzien van het koekoeksei.
Onder mobiliteit wordt door zijn fraktie verstaan, taak-
verruiming en interne doorstroming.
De VOORZITTER antwoordt dat hij een en ander duidelijk
heeft begrepen. Hij heeft slechts willen aanduiden dat ambtenaren zelf
standig denken en handelen en eigen keuzes maken. Opleidingen vergen
vaak jaren studie. De noodzaak tot omscholing binnen het ambtelijk
apparaat is op dit moment niet aanwezig. De mogelijkheden een zekere
carrière op te bouwen binnen de organisatie van Nieuw-Ginneken zijn
soms erg beperkt. Waar die wel aanwezig zijn zal het college die uit
drukkelijk bevorderen en financiële middelen aanwenden voor de vorming
van het personeel.
De heer POSTHUMA corrigeert Wethouder Rops waar deze van
mening is dat een behoefte-onderzoek naar het onderwijs zich uitslui
tend zou kunnen richten op de gebouwelijke behoefte. Door hem wordt
wel degelijk bedoeld een onderzoek naar de behoefte aan soorten onder
wijs wat wellicht mede consequenties kan hebben voor Bavel.
Mevrouw HOUT vraagt een reaktie op haar vraag een planmatig
ouderenbeleid op langere termijn op te stellen.
Wethouder ROPS antwoordt dat het college daar in een later
stadium op zal reageren.
Wethouder VAN GILS wijst erop dat er in de Welzijnsnota
reeds aandacht aan dit onderwerp wordt besteed.
Tot slot deelt Wethouder VAN GILS mede dat hij in de pauze
van deze vergadering bezoek heeft gehad van een van de directeuren van
Graaumans BV. Op het moment dat het raadsvoorstel, met betrekking tot
dit aannemingsbedrijf, werd behandeld was er niemand van dit bedrijf op
de publieke tribune aanwezig; dit vond zijn oorzaak in het feit dat dit
bedrijf juist vandaag 3 jubilarissen kent en mag zeker niet gezocht
worden in een gebrek aan belangstelling.
Hiermede is een einde gekomen aan de algemene beschouwin
gen. De VOORZITTER stelt aan de orde de behandeling van de begroting
van het Gemeentelijk Grondbedrijf 1987.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt deze
begroting vastgesteld.
Hierna stelt de VOORZITTER aan de orde de hoofdstuksgewijze
behandeling van de begroting 1987 Algemene Dienst.
De heer VAN DER WESTERLAKEN merkt op dat er in de begroting
op verschillende plaatsen verschillende inwoneraantallen worden gehan
teerd. Hij vraagt wat de invloed daarvan is op de subsidiëring van ver
schillende groeperingen.
Wethouder VAN GILS zet uiteen dat op het moment van samen
stellen van deze begroting het juiste inwonertal nog niet bekend was.
Het is ondoenlijk dit op het laatste moment nog aan te passen. Met de
betreffende verenigingen wordt echter afgerekend op basis van het
juiste aantal inwoners; niemand komt er dus iets tekort.
Zonder verdere beraadslagingen of hoofdelijke stemming
wordt de Algemene Dienst ongewijzigd vastgesteld.
Vervolgens stelt de VOORZITTER de Kapitaaldienst in zijn
geheel aan de orde.