heid moet worden geboden kan deze het best plaatsvinden op de plaats waar dit nu
reeds geschiedt. Daarnaast signaleert hij een grote onrust onder de Galderse bevolking
ten aanzien van bepaalde plannen tot het inrichten van een recreatiegebied, de Galderie,
ten zuiden van de Moerstraat.
Mevr. BOGMANS kan zich verenigen met het voorstel in te stemmen met
het ontwerp-recreatiedeelplan Breda-zuid met uitzondering van de inrichtingschets
Galderse Meren; dit echter op andere gronden dan het college. Het college verklaart
zich tegenstander van inrichten van een zwemkom in de zuid-oost hoek van het plan
vanwege de overlast voor de daar aanwezige woonbebouwing. Haars inziens zal ook
het plankzeilen voor overlast aan die woonbebouwing zorgdragen. Verplaatsing van
de naaktrecreatie naar de ondiepe zwembaai aan de Rijsbergsebaan behoeft op geen
bezwaren te stuiten wanneer voldoende begroeiing wordt aangeplant zodat kwetsbaarheid
van de openbare orde ter plaatse niet zal plaatsvinden. Haars inziens is er bovendien
op dit moment nog geen definitief oordeel te vormen over de toekomstige inrichting
van de Galderse Meren. De effecten van de nog te verlenen ontgrondingsvergunningen
zijn nog niet duidelijk. Nog meer onduidelijkheid bestaat er rond de vraag wat dit
plan in de toekomst precies zal gaan kosten, hoe het beheerd en beheerst moet worden.
De heer VAN GESTEL vindt het een goede zaak dat middels een structuur
schets in grote lijnen wordt aangegeven hoe dit gebied ingericht moet worden en dat
de voorwaarden daarvoor geschapen worden. Het is tevens een goede zaak wanneer
bij die inrichting wordt tegemoetgekomen aan de suggesties van de gemeente Nieuw-
Ginneken. Het aantal beschikbare parkeerplaatsen in relatie tot de te verwachten 15.000
recreanten op topdagen wordt door hem volstrekt onvoldoende geacht. De omwonenden
van dit gebied zullen op die dagen dan ook ernstig in hun bewegingsvrijheid worden
belemmerd omdat de lokale wegen verstopt zullen raken. Met betrekking tot de toekomstige
exploitatie stelt hij voor te zoeken naar een vorm van privatisering.
De heer VAN YPEREN is van mening dat er schitterende plannen zijn gemaakt
maar de werkelijkheid zal aangeven dat er weinig concreets zal worden gedaan.
De in Nieuw-Ginneken bestaande afwijkende ideeën van de gemeente Breda zijn in
dit voorstel goed vertaald. Dit voorstel vertoont echter een groot manco, er is geen
rekening gehouden met de infrastructurele consequenties van dit plan. De aanwezigheid
van een rijksweg zal de aantrekkingskracht van dit plan alleen maar vergroten en het
is daarom zaak daarover afspraken te maken met Rijkswaterstaat. Om de nog te reali
seren infrastructurele maatregelen te bekostigen stelt hij voor over te gaan tot een
privatisering zoals die ook voor het project Kurenpolder geldt waarbij parkeergelden
worden geheven. Daarnaast zou hij zich kunnen voorstellen dat het hele plan in beheer
wordt gegeven aan een particulier bedrijf hetgeen dan zowel de dagrecreatie als een
stuk verblijfsrecreatie zou kunnen exploiteren. Privatisering lijkt hem de enige oplossing
om moeilijkheden met dit projekt in de toekomst voor te blijven.
De heer PAULUSSEN kan instemmen met het voorstel hoewel hij een bij
drage van 0,25 per inwoner van Nieuw-Ginneken tamelijk schameltjes vindt. De kosten
van infrastructurele voorzieningen buiten het inrichtingsplan worden echter door hem
gemist. Deze zullen in geen verhouding staan tot de gemeentelijke bijdrage van 2.500,—.
De heer PEGEL is met mevr. Bogmans van mening dat een eindvisie op
dit projekt nu nog niet goed mogelijk is, alleen al als hij denkt aan de zandwinning
welke nog moet plaatsvinden. Ook hij is van mening dat er maatregelen genomen moeten
worden om te voorkomen dat de bewoners in die omgeving op drukke dagen belemmerd
worden bij de uitoefening van hun werk. Wat hem betreft kan de gemeentelijke bijdrage
aan Breda best verhoogd worden tot bijvoorbeeld 10.000,— wanneer daarvoor in de
plaats in het plan worden opgenomen het onderhoud van wegen en voorzieningen voor
de mensen die daar wonen en werken.
De heer VAN DER WESTERLAKEN vindt de passage: "aangezien de geplande
aktiviteiten zich hoofdzakelijk afspelen buiten het grondgebied van deze gemeente,"
wat ongelukkig geformuleerd. Het lijkt erop of het de gemeente Nieuw-Ginneken niet
interesseert wat er in het overige ontwerp recreatiedeelplan Breda zuid gebeurt. Inmiddels
is bekend geworden dat er ook in Breda noord plannen worden ontwikkeld voor het
creëren van recreatiegebieden in de buurt van grote plassen aldaar. Hij vraagt zich af
in hoeverre daarmee met de vaststelling van het deelplan Breda-zuid rekening is gehouden.