tfij
qemeente nieuw-qinneken
Raadsvergadering
14 april 1987
Agenda Nr.: 16
Klass. Nr.: -1.777.811.2
Onderwerp:
Voorstel tot het vaststellen van een voorbe-
reidingsbesluit voor een perceel gelegen naast
de stortplaats Bavel/Dorst ten behoeve van het
uitbreiden van de bestaande waterzuiverings
installatie
Ulvenhout, 2 april 1987.
Aan de Raad
Op 31 oktober 1985 is door uw Raad een voorbereidingsbesluit
vastgesteld om daarmee -planologisch bezien- de plaatsing van een
reaktor nabij de bestaande hyperfiltratie-installatie (H.P.-installa
tie) naast de stortplaats Bavel-Dorst mogelijk te maken. In genoemd
voorstel hebben wij u uitvoerig bericht over de noodzaak. Wij memore
ren kort de motieven:
a. een neerslagoverschot in de afvalberg;
b. een groot aandeel extern aangevoerd water via slib e.d.;
c. de stort is nog niet in de juiste biologische fase om het percolaat
zelf te zuiveren.
Bij schrijven van 27 februari jl. verzoekt de Grontmij om een
bouwvergunning voor:
1. het uitbreiden van de bestaande h.p.-installatie vanwege de toename
van het overtollig percolatiewater
2. een betonnen bufferbassin om tijdelijk afstromend regenwater op te
slaan
Overeenkomstig de afspraken is in eerste instantie het verzoek
behandeld door de begeleidingscommissie Bavel/Dorst. Deze commissie is
van mening dat beide uitbreidingen noodzakelijk zijn om de volgende
redenen
ad 1
Het overtollig percolaat dat uit de stortplaats Bavel/Dorst vrijkomt
neemt toe als gevolg van de toenemende oppervlakte waar folie ligt.
Daarnaast is de berekende zuiveringscapaciteit van de h.p.-installatie
niet gehaald om technische en de Grontmij niet te verwijten redenen.
Momenteel zit er in de afvalberg zoveel percolaat dat een uitbreiding
van de zuiveringsinstallatie noodzakelijk is. Hierbij is uitgegaan van
de eindsituatie. Tevens zal de zuiveringsinstallatie in een gebouw
worden geplaatst.
Zeer reëel is de vrees dat bij het achterwege blijven van maatregelen
percolaat spontaan uit de afvalberg komt en het omringende oppervlak
tewater ernstig verontreinigt.
Momenteel wordt onderzocht of er een interim-mogelijkheid is voor af
voer van percolaat om zodoende de grootste druk weg te halen.
ad 2:
Afstromend regenwater wordt opgevangen in een ringdrain en afgevoerd
naar de riolering van de gemeente Breda. Bij de verlening van de
W.V.O.-vergunning zijn door het Hoogheemraadschap West-Brabant eisen
gesteld aan de af te voeren hoeveelheid afstromend regenwater per uur.