-5-
Daarin schuilt het gevaar dat de prioriteitstelling van de politie afhankelijk
wordt gesteld van de extra bijdrage welke daarmee kan worden verdiend. In dat
verband ware het beter geweest wanneer het ministerie van Verkeer en Waterstaat
samen met het ministerie van Justitie gelden beschikbaar zou stellen om de poli
tie bij haar administratieve taakstelling te ontlasten ten gunste van preventief
en repressief toezicht. Het voorstel op zich kan zijn instemming hebben.
Ook de heer PAULUSSEN is de mening toegedaan dat het hier een
cynisch verhaal betreft. In de nota van de minister wordt veel aandacht besteed
aan de mentaliteitsverandering. Vooral 15 tot 19-jarigen blijken veelvuldig het
slachtoffer van verkeersongevallen te worden. Hij is van mening dat de politie
vooral daarop zijn aandacht zal moeten richten. Met name op een aantal verkeers-
gevaarlijke situaties zoals het met twee of drie fietsers naast elkaar blijven
rijden ook als er auto's naderen.
Wethouder VAN GILS zet uiteen dat deze maatregel van het ministerie
van Verkeer en Waterstaat veel minder een taak legt bij de politie alswel bij de
gemeenten. De gemeenten zijn als beheerder van vele wegen ook verantwoordelijk
voor de inrichting daarvan. Wanneer aan de hand van een inventarisatie van ver-
keersgevaarlijke situaties wordt besloten tot een andere weginrichtingbijvoor
beeld om te komen tot scheiding van verkeerssoortendan is het niet onlogisch
dat het ministerie van Verkeer en Waterstaat daarin een bijdrage levert.
De heer VAN HARTEN is van mening dat in het voorstel van het Colle
ge de aandacht al te zeer op de politie wordt gericht door de zin:
"De rijkspolitie zal hierbij een belangrijke rol spelen". Evenals in het verle
den vestigt hij de aandacht op de mogelijkheden het hoger beroepsonderwijs in
adviserende zin bij het werk van de gemeente te betrekken. Voor Jeugdland en de
Leeuwerik zijn waardevolle adviezen uitgebracht door leerlingen van de H.E.A.O.
Hier liggen mogelijkheden voor de Hoge school voor Verkeer en Toerisme.
De heer PAULUSSEN vindt het te dwaas dat met deze premieregeling
verkeersveilige voorzieningen gefinancierd moeten worden die eigenlijk op andere
wijze gefinancierd zouden moeten worden.
Wethouder VAN GILS is van mening dat naast de eerder aangegeven
maatregelen ook publiceren van de oorzaken van verkeersongevallen tot de taak
stelling kan behoren om daarmede de mentaliteit te beïnvloeden. De suggestie de
Verkeersacademie bij de advisering te betrekken wordt door de Wethouder als
waardevol meegenomen.
12. AANBIEDING VAN DE GEMEENTEREKENING 1986.
De gemeenterekening met bijlagen wordt aan de raadsleden uitgedeeld
en zal in de volgende raadsvergadering behandeld worden.
13. AANBIEDING VAN DE GEMEENTEBEGROTING 1988.
De beleidsbegroting, de beheersbegroting, de begroting grondbedrijf
en de bijlagen bij de begroting worden aan de raadsleden uitgedeeld.
De VOORZITTER stelt voor dat de frakties ongeveer 1 week voor de
begrotingsbehandeling onder embargo hun algemene beschouwingen zullen indienen
bij het College. Dit maakt het mogelijk om op 29 oktober aansluitend op de alge
mene beschouwingen van de frakties het antwoord van het College te geven. Op 30
oktober kan dan behandeling in tweede termijn volgen met aansluitend de vast
stelling van de begroting. Niet alleen kan dit tot een verlevendiging van de
discussie leiden, ook de frakties hebben wat ruimer gelegenheid om in tweede
termijn te reageren. De agenda van de tweede begrotingsvergadering zal tevens
een aantal normale agendapunten bevatten.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt dit voorstel
overgenomen