Met de toename van het werken in deeltijd ontstond echter de noodzaak
de A.B.P.-wet hieraan structureel aan te passen. Dit gebeurt nu door
de Wet deeltijdarbeid, met als voornaamste kenmerken:
1Het pensioen van een deeltijder wordt niet meer gebaseerd op het
daadwerkelijk eindloon, maar op het loon dat zou zijn genoten bij
een volledige functie-uitoefening;
2. Het werken in deeltijd komt tot uitdrukking in de diensttijdop-
bouw. Een vol jaar voor de helft werken betekent dan, dat een half
jaar voor pensioen geldige diensttijd wordt opgebouwd.
Wet invoering franchise-systeem
Deze wet werkt terug tot 1 januari 1986. Per deze datum komt er een
einde aan het zogenaamde "inbouw-systeem". Volgens dit systeem werd
per dienstjaar 2van het algemeen pensioen (A.O.W. en A.W.W.) inge
bouwd in het A.B.P.-pensioenmet een maximum van 40 dienstjaren (a 2%
80%).
Dit inbouw-systeem wordt vervangen door het franchise-systeem. Het zou
te ver gaan op deze plaats de werking van dit systeem uit te leggen.
Dit zou een të technisch verhaal opleveren. Gemakshalve kan echter
gezegd worden dat de "inbouw" door dit systeem omhoog gaat van 2% naar
2,5% per dienstjaar dat met ouderdomspensioen wordt vergolden. Daar
staat tegenover, dat nu voortaan wel de salarisverhoging per 1 juni
1985 10$-verhoging i.v.m. A.O.W.-operatie) tot uitdrukking komt in
het pensioeninkomen. Het invoeren van het franchise-systeem betekent
voor een aantal pensioenen helaas een achteruitgang.
Het zal duidelijk zijn dat vorenstaande zijn repercussies niet
mist in personeels- en salarisadministratie alsmede in de
communicatiesfeer tussen gemeente en A.B.P.; op deze aspecten zal in
dit kader niet worden ingegaan.
De consequenties van vorenstaande zijn vertaald in de ter
inzage liggende
- 31e wijziging van het algemeen ambtenarenreglement van de gemeente
Nieuw-Ginneken
- 6e wijziging van de wachtgeldverordening van de gemeente Nieuw-
Ginneken
- 10e wijziging van de uitkeringsverordening van de gemeente Nieuw-
Ginneken
- 2e wijziging van de verordening, regelende het toekennen van een
tegemoetkoming in bovenmatige ziektenkosten aan enkele groepen van
I.Z.A.-deelnemers.
Tevens is bij deze gelegenheid het schoonheidsfoutje meegenomen,
zoals opgemerkt in een schrijven van Gedeputeerde Staten van Noord-
Brabant d.d. 29 april 1986 m.b.t. de wachtgeldverordening. Voor even
tuele artikelsgewijze toelichting op de wijzigingen moge worden
verwezen naar het schrijven van het College voor Arbeidszaken van de
Vereniging van Nederlandse Gemeenten d.d. 5 november 1986
Met betrekking tot vorenomschreven wijzigingen is overeenstem
ming bereikt in het centrale overleg met de organisaties van over
heidspersoneel, zodat plaatselijk overleg achterwege kan blijven.