in. Hoewel, er sprake is van een constante jaarlijke produktie ziet hij toch
liever wat meer flexibiliteit waarbij het gemiddelde wel wordt aangehouden.
Voor het kruispunt nabij de school in Galder wordt in het plan een verfraaiing
voorzien. Hij vraagt zich daarbij af of wel met voldoende parkeergelegenheid
rekening gehouden is en wordt. Op bladzijde *16 onder 11 is nog sprake van de
vestiging van een dienstencentrum van het bejaardentehuis in gemeenschapshuis
"De Leeuwerik", dit kan spreker niet goed plaatsen. Tenslotte stelt hij aan
de orde de vraag vanuit de gemeenschap Strijbeek om bijvoorbeeld 1 woning per
jaar te mogen bouwen voor de eigen jeugd.
De heer VAN YPEREN is juichend enthousiast over de wijze waarop
dit dorpsplan, samen met de bevolking, tot stand is gekomen. Het is duidelijk,
zit logisch in elkaar, het maximaal haalbare voor Galder staat in dit rapport.
Dit is een voorbeeld hoe inspraak moet verlopen en spreker vraagt dan ook deze
nieuwe methode ook voor andere gemeentedelen te hanteren. Hij spreekt daarnaast
de hoop uit dat het college niet overhaast te werk zal gaan bij de uitvoering
van dit plan, het is een plan voor de lange termijn.
Ook de heren POSTHUMA, ZWIJNENBURG en VAN DER WESTERLAKEN zijn vol
lof voor de wijze van totstandkoming van dit rapport en over de inhoud daarvan.
De VOORZITTER antwoordt dat de toezegging gedaantijdens de hoorzitting
dat met bepaalde vraagstellers contact zal worden opgenomen zal worden nage
komen. De woningbouw in Galder zal afgestemd worden op de plaatselijke behoef
te. De gemeente zal daartoe bouwgrond in voorraad houden en zal ter uitvoering
van dit dorpsplan een bestemmingsplan in voorbereiding nemen. In dat bestem
mingsplan zal ook uitwerking worden gegeven aan de concrete parkeerbehoefte
met name nabij het kruispunt bij de school. Vestiging van een, in het kader
van het flankerend ouderenbeleid gesubsidieerd dienstencentrum in gemeenschaps
huis "De Leeuwerik", in deze vorm, is intussen een achterhaalde zaak gebleken.
De VOORZITTER herinnert eraan dat het provinciaal beleid erop is gericht in
Strijbeek geen nieuwbouw van burgerwoningen toe te staan. Daarin is geen wijzi
ging te verkrijgen en juist dit dorpsplan is bestemd voor het gehele zuidelijke
gedeelte van de gemeente Nieuw-GinnekenStrijbeek daaronder begrepen. Voor de
ter plekke gevestigde agrariërs zijn er bij bedrijfsbeëindiging andere moge
lijkheden. De voor de samenstelling van dit dorpsplan gekozen methodiek is
een goede gebleken. Dat wil niet zeggen dat deze in alle gevallen toepasbaar
is. Zo is voor de aansluiting van de wijkweg de Lange Bunder een tweetal
hoorzittingen gehouden met de omgeving. Een dorpsplan is de uitwerking van
een streekplan. Voor de kernen Bavel en Ulvenhout geldt een andere groeiklasse.
Voor die twee kernen zou een struktuurplan vastgesteld kunnen worden, overigens
zonder subsidie.
De heer POSTHUMA vraagt het gemeentebstuur zich te bezinnen op de
ruimtelijke ontwikkelingen van Bavel en Ulvenhout en die gedachten aan het
papier toe te vertrouwen. De daarbij te hanteren methodiek hoeft dan niet pre
cies dezelfde te zijn als in Galder.
De VOORZITTER antwoordt hierop dat het college een plan laat opstellen
voor bouwlokaties in Ulvenhout. Naarmate er meer gebouwd gaat worden in Ulvenhout
zal Bavel langer vooruit kunnen met de Bunder. In de verdere toekomst zullen
ook daar naar andere lokaties gezocht moeten worden.
De heer VAN YPEREN merkt op dat er een wezenlijk verschil zit in
het houden van hoorzittingen en de in Galder gekozen methodiek waarbij de
burger direkt betrokken is geweest bij het opzetten van het plan zelf.
De VOORZITTER wijst erop dat de democratie verschillende vormen
kent