Ruimtelijke ordening.
In de achter ons liggende periode is meerdere malen geconstateerd
dat het bestemmingsplan buitengebied aan herziening toe is. De
C.D.A. fractie steunt uw plannen om daartoe voorbereidingen te
gaan treffen. Het landschapsbeleidsplan zou een van de te ge
bruiken instrumenten moeten zijn. Een ander instrument kan zijn
een kampeerplaatsenplan cq. de kampeerverordeningWaar mogelijk
dient naar onze mnening gebruik te worden gemaakt van bestaande
inventarisaties die mogelijk in ander verband zijn opgemaakt.
Wij zijn van mening dat een zorgvuldige afweging tussen alle
belangen gemaakt dient te worden.
Dat eer» zorgvuldige afweging en het betrekken van de burgers bij
de planvorming nog geen garantie is voor een snelle goedkeuring
var» de plannen hebben wij het afgelopen jaar moeten constateren
in Galder. Wij zijn van mening, dat al datgene moet worden onder
nomen om daar tot een snelle goedkeuring te komen.
Wij vragen ons af, zoekend naar mogelijkheden voor bedrijfsves
tiging, of het gebied ten oosten van de Bredase wijk IJpelaar
niet een uitstekende locatie zou zijn voor een door Nieuw Gin-
3e9i neken te ontwikkelen "Brainpark". s
Financien
In de beleidsbegroting algemene dienst 1989 wordt een verdere
verhoging van de onroerend goed belasting zichtbaar. Gelet op de
ruimte binnen de totaal-limiet, en mede gelet op de noodzaak
enigszins in de pas te lopen bij de omringende gemeenten acht de
C.D.A. fraktie, ook gezien de wenselijkheid enige ruimte beschik
baar te hebben voor nieuw beleid, dat onvermijdelijk.
Toch wil het C.D.A. nadrukkelijk aandacht vragen voor het volgen
de: onmiskenbaar is sprake van een lastenverzwaring voor indivi
duele burgers; in deze algemene beschouwing wordt akkoord gegaan
met een verhoging van de O.G.B. en wordt ervoor gepleit dat
verenigingen hur» "diensten" leveren voor wat die waard zijn.
Deze ontwikkelingen zullen voor sommige burgers betekenen dat
niet meer aan bepaalde voorzieningen kan worden deelgenomen.
Daarom stelt mijn fraktie voor, nog eens kritisch te kijken naar
de effekten van het op 10 maart 1987 vastgestelde gemeentelijke
kwijtscheldingsbeleid. Met name is mijn fraktie nieuwsgierig naar^
de werking van het "in beginsel" dat destijds op verzoek van hetJ
C.D.A. in de voorgestelde regeling werd geintroduceerdUit de
context waarir» ik mijn opmerkingen plaats moge duidelijk zijn dat
het C.D.A. bereid is de verruiming van een kwijtscheldingsbeleid
van reinigingsrechten naar O.G.B.onder nader te stellen crite
ria en randvoorwaarden, te overwegen.
Graag wil mijn fractie ook anderszins nog beslag leggen op midde
len die weliswaar niet binnen de gewone dienst, maar wel binnen
het grondbedrijf en de kapitaaldienst beschikbaar zijn. In het
verleden is veel gesproken over het aansluiten van alle panden
binnen de gemeente op het stelsel van openbare nutsvoorzieningen:
water, licht, telefoon, gas en riolering. Bij mijn fraktie dringt
zich de vraag op of ook aansluiting op een centraal antenne
systeem t.b.v. een storingvrije televisie-ontvangst niet gerekend
zou moeten worden tot het binnen het bereik brengen van een
ï10i voorziening ten algemene nutte. s
Mijn fraktie zou gaarne eens uitgerekend zien wat e.e.a. ga®
kosten wanneer het uitgangspunt is aansluiting op bestaande
kabelsystemen met afzien van aansluiting van super- onrendabele