-6-
tietaken omdat dit wel eens tot gevolg zou kunnen hebben dat de rijksoverheid
bepaalde taken gaat afstoten. Een inkrimping van de politiesterkte heeft
natuurlijk ook gevolgen voor de prioriteitstelling zoals die binnen het
drie-hoeksoverleg tot 6tand komt. Bij de voorbereiding daarvan kan de raad
betrok-ken worden middels de commissie Algemene en Juridische Zaken.
Door de hele raad worden de ontwikkelingen met betrekking tot het
bedrijventerrein nauwlettend gevolgd. De activiteiten op het bedrijventerrein
De Bunder verlopen zodanig dat het college een uitbreiding van dat terrein
voorhanden vindt 1iggenDaarnaast worden door de verschillende fracties sug
gesties gedaan voor lokaties voor bedrijfsvestigingen langs de nieuwe rijksweg
en in Ulvenhout. Alvorens daar verder op in kan worden gegaan zal het nodig
zijn dat de gemeente beschikt over een structuurschetswaarin wordt aange
geven welke ontwikkelingen op sociaal economisch terrein worden voorgestaan er
waar die activiteiten dienen plaats te vinden. Ten aanzien van het inrichten
van nieuwe bedrijfslokaties zal nader overleg gevoerd moeten worden met het
stadsgewest. Daarbij zullen ook de ontwikkelingen rond het bedrijventerrein
Hazeldonk betrokken worden. Wat de kontakten van de voorzitter met het
bedrijfsleven betreft is hij van mening dat het college graag bruikbare ideeën
van de raad overneemt. Los daarvan is de VOORZITTER persoonlijk zeer overtuigd
van het nut van goede kontakten met de diverse doelgroepen. Naast de kontakten
met het bedrijfsleven zijn soortgelijke bijeenkomsten in voorbereiding met it
agrarische sector en met de middenstand. Doel van deze kontakten is tijdig c
de hoogte te komen van knelpunten binnen de diverse sectoren waardoor effec
tiever gewerkt kan worden. Met deelneming in het aandelenkapitaal van het
Regionaal Werkgelegenheidslnstituut wordt uiting gegeven aan het belang dat
het college hecht aan regionaal structuurversterkende activiteiten. Voor
activiteiten, gericht op de eigen gemeente, extra middelen beschikbaar stel
len voert het college op dit moment te ver. Wel is het college er zich van
bewust dat de activiteiten die het ontwikkelt op sociaal economisch terrein
tot consequenties zullen leiden.
De door de gemeente Breda gepresenteerde structuurschets, voor de
ruimtelijke ontwikkeling van deze stad, heeft vele reacties opgeroepen in de
raad. De VOORZITTER waarschuwt ervoor niet in reactie daarop de deur te slui
ten maar met open vizier de dialoog aan te gaan met grote buur Breda. Ook over
andere onderwerpen bestaat bestuurlijk overleg. Alleen wanneer Nieuw-Ginneken
de juiste argumenten aandraagt zal Breda tot andere gedachten gebracht kunnen
worden en terug komen op de voorgenomen schreden welke deels betrekking hebber
op nieuwginnekens grondgebied. Het antwoord aan Breda zal bestaan uit een
structuurschets voor de gemeente Nieuw-Ginneken waarin wordt aangegeven hoe
deze laatste gemeente zich wenst te ontwikkelen. Het is daarom jammer dat er
geen structuurschets bestaat voor het hele stadsgewest. Toch vormt het stads
gewest het forum waarbinnen de mogelijkheden voor deze regio besproken kunj|ir
worden. Daar kan gezamenlijk bezien worden op welke wijze Breda tot knoopM"it
kan uitgroeien en hoe een evenwichtige verdeling van de woningbouw tot stand
kan komen. Daarbij rekening houdend met nieuwe ideeën op het gebied van de
ruimtelijke ordening en met sociale overwegingen. De ruimtelijke ontwikkeling
van Nieuw-Ginneken tot het jaar 2000 zal gebaseerd zijn op een goede struc-
tuurschets, aangevuld met een landschapsplan en een gedegen plan voor de stacs
en dorpsvernieuwing. Daarvan kan ook de gemeente Breda alleen maar profijt
hebben. Ten aanzien van het landschapsbeleidsplan kan worden medegedeeld dat
een eerste rapportage in de maand november wordt verwacht. De raad zal bij de
beleidsmatige vertaling daarvan betrokken worden via een regelmatige rappor
tage in de commissie ruimtelijke ordening en een directe betrokkenheid van
leden van die commissie. Eveneens in de maand november zal een planning op9e
steld worden voor een herziening van het bestemmingsplan Buitengebied op de
onderdelen: niet agrarische bedrijfsactiviteiten, de bestemming woondoelein
en herziening van de gebiedsdelen waaraan door G.S. goedkeuring is onthouden.
Een goed overleg met alle betrokken partijen is daarom van groot belang, oaa
bij is het niet uitgesloten dat dat tot konfronterende belangen kan leiden.
Daarop een adhoc beleid ontwikkelen zou onjuist zijn. Het door de Partij va
de Arbeid genoemde voorbeeld is in dat opzicht niet goed gekozen omdat daar
ook onafhankelijke adviezen ten grondslag hebben gelegen.
Aan het onderdeel Volkshuisvesting wordt door de VOORZITTER k°
aandacht besteed waar het de relatie tot de ruimtelijke ordening betreft.
college wil een actief volkshuisvestingsbeleid voeren. Het creëren van woo