Ten aanzien van de neutraliteit dient het openbaar onderwijs een aantal
waarborgen te bieden met betrekking tot:
- algemene en open toegankelijkheid voor alle leerlingen;
- een non-discriminatoir benoemingsbeleid;
- levensbeschouwelijke en maatschappelijke pluriformiteit;
- mogelijkheid voor eigen levensbeschouwelijke profilering voor ouders/
leerlingen, die dit wenselijk achten via het godsdienst- of levens
beschouwelijk vormingsonderwijs;
- open en democratisch bestuur en overeenkomstige controlemogelijk
heden
De verantwoording welke het gemeentebestuur terzake van de neutraliteit
van het openbaar onderwijs heeft, kan bij overdracht van bestuursbe
voegdheden aan een commissie ingesteld door en ten behoeve van de Raad
goed worden gedragen
De overdracht van het bestuur van de openbare basisschool aan
een artikel 61-commissie dient per verordening, vast te stellen door uw
Raad, te worden geëffectueerd. In concept is een verordening ter vast
stelling door uw Raad bijgevoegd. In de toelichting bij de concept-ver
ordening wordt een aantal zaken, waar nodig, artikelsgewijs besproken.
Op hoofdzaken wordt de conceptverordening hieronder nader belicht.
De bevoegdheden van een bestuurscommissie openbaar onderwijs
kunnen adviserend dan wel besluitvormend van aard zijn. Om de commissie
haar taak zo goed mogelijk te kunnen laten vervullen is het wenselijk
om de bevoegdheden inzake bestuur en beheer van de openbare basis
school, welke nu berusten bij het College van Burgemeester en Wethou
ders aan de commissie over te dragen. Dit impliceert dat de bevoegdhe
den die aan de gemeenteraad zijn voorbehouden, niet overgedragen wor
den. In dit kader kunnen onder andere de volgende bevoegdheden genoemd
worden
a. de bevoegdheden tot het vaststellen van de begroting en de rekening
voor de openbare basisschool. Dit impliceert dat, onder bepaald toe
zicht en verantwoording, het financiële beheer binnen het door de
gemeenteraad vastgestelde kader aan de commissie is opgedragen;
b. de benoeming, schorsing en ontslag van directeuren;
c. besluiten inzake fusie, opheffing van scholen en veranderingen in de
bestuursvorm van het openbaar onderwijs.
Voor de overige bevoegdheden die aan uw Raad zijn voorbehouden mogen
wij u verwijzen naar het raadsvoorstel en naar het raadsbesluit van
11 juni 1985 dat voor u in het agendadossier ter inzage is gelegd.
Behalve een omschrijving van de aan de bestuurscommissie over
te dragen taken en bevoegdheden dient ook de samenstelling van de
commissie bij verordening te worden vastgesteld. De samenstelling in
kwalitatief opzicht wordt in de toelichting bij de conceptverordening
belicht
In kwantitatief opzicht is het wenselijk bij de samenstelling
van de bestuurscommissie rekening te houden met de relatieve klein
schaligheid van de gemeente Nieuw-Ginnekenvan het openbaar onderwijs
binnen de gemeente en van de school zelf. Uit dien hoofde zal het aan
tal leden van de commissie klein dienen te zijn.
In het concept is rekening gehouden met het advies van de com
missie Welzijn d.d. 10 mei 1988. Naar aanleiding van de behandeling in
deze commissie is een aantal redactionele wijzigingen opgenomen.
De direct-betrokkenen van de openbare basisschool, het school
team, de ouders van de leerlingen en de medezeggenschapsraad zijn in de
gelegenheid gesteld om in te spreken op het voorstel tot het instellen
van een bestuurscommissie.