BOTITIE
Redactionele wijzigingen in ontwerpverordening bestuurscommissie open
baar basisonderwijs, voorgelegd aan betrokkenen van de school, op voor
stel van de medezeggenschapsraad.
ARTIKEL *t, lid 2
In het ontwerp, zoals is voorgelegd aan de school, staat: "De leden
van de commissie dienen een positieve houding te hebben ten aanzien van
het openbaar onderwijs". De medezeggenschapsraad stelt voor om deze
passage te wijzigen tot: "De leden van de commissie dienen de doel
stellingen van het openbaar onderwijs te onderschrijven". In het hier
bij door uw Raad gepresenteerde concept is deze wijziging conform het
voorstel overgenomen.
ARTIKEL 7. lid 2.
De passage "De vergaderingen van het dagelijks bestuur van de commis
sie...etc." schept wat onduidelijkheid. Wij hebben deze passage in het
concept gewijzigd tot: "De vergaderingen van de commissie worden bijge
woond door een door Burgemeester en Wethouders aangewezen ambtenaar".
ARTIKEL 8, lid 3.
In het ontwerp, zoals wij dat aan de betrokkenen van de school hebben
voorgelegd, hebben wij terzake de kwesties benoeming, schorsing of het
ontslag van de directeur de bestuurscommissie geplaatst in een advise
rende rol aan de Raad. Indien de Raad zou afwijken van het advies, dan
zou hieromtrent overleg plaatsvinden. De medezeggenschapsraad opteert
nu voor een overleg (consensus-) situatie in eerste aanleg. De motiva
tie hiervoor is dat de benoeming van de directeur zo wezenlijk de iden
titeit en de organisatie van de school raakt dat een bestuurscommissie
hiervoor de (mede-)verantwoordelijkheid moet kunnen nemen. In de over
legsituatie blijft de wettelijke verantwoordelijkheid van uw Raad in
tact. Gezien het bovenstaande hebben wij in het concept artikel 8, lid
3 gewijzigd tot:
"In overleg met een adviescommissie uit de Raad brengt de commissie een
advies uit aan de Raad bij de benoeming, de schorsing of het ontslag
van de directeur".
ARTIKEL 12, lid 2
In het ontwerp dat aan de betrokkenen van de school is voorgelegd, is
sprake van een afstemmingsmanco met artikel 3> lid 1 onder b. In arti
kel 3, lid 1 onder b wordt in het ontwerp niet gesproken over "gele
ding", waarnaar in artikel 12, lid 3 wordt verwezen.
In het concept is artikel 12, lid 2 gewijzigd in:
"Een lid als bedoeld in artikel 3» eerste lid onder C. houdt op lid van
de commissie te zijn indien de geleding die hem heeft aangewezen
schriftelijk aan Burgemeester en Wethouders te kennen geeft de aanwij
zing te herzien. In gelijke zin geldt het bovenstaande voor het lid als
bedoeld in artikel 3, eerste lid onder b, met dien verstande dat een
meerderheid van de ouders, voogden of verzorgers, die aan de school
zijn verbonden besluit tot het herzien van de aanwijzing. Burgemeester
en Wethouders doen van de herziening terstond mededeling aan het desbe
treffend lid en aan de voorzitter van de commissie."