Onder auspiciën van de Brandweer Stadsgewest werd een model
rampenplan opgesteld. Dit plan zal aan alle gemeenten worden aangeboden
als raamplan waarna per gemeente invulling van de specifieke gegevens
kan plaatsvinden.
IV. Gezondheidsdienst
Nieuwe ontwikkelingen dienen zich aan voor de gezondheidszorg.
Ingrijpende veranderingen hebben betrekking op de invoering van een
nieuwe Wet Collectieve Preventie, een wijziging van de taakstelling van
de gemeenten op het terrein van de openbare gezondheidszorg, een wijzi
ging van de financieringsmethodiek van de gezondheidsdienst, een nog in
discussie zijnde bezuiniging en tot slot veranderingen betreffende de
Wet voorzieningen gezondheidszorg en in samenhang daarmee de taak
beleidsadvisering.
De nieuwe Wet Collectieve Preventie heeft tot doel om met
ingang van 1 januari 1989 een wettelijke basis te hebben voor de
gemeentelijke gezondheidszorg. Dit laatste is weer van belang voor de
ontvangst van specifieke uitkeringen. Immers zonder een wettelijke
basis is deze uitkering niet mogelijk.
De taak van de gemeentelijke overheid zal in toenemende mate
komen te liggen op de spilfunctie voor alle preventieve activiteiten op
het terrein van de gezondheidszorg.
Verder wordt met ingang van 1 januari 1989 een aantal specifie
ke uitkeringen omgezet in de algemene uitkering uit het gemeentefonds
aan de gemeentebesturen. Per deze datum vervallen de volgende rijkssub
sidieregelingen
- geslachtsziektenbestrijding;
- stimulering basisgezondheidsdiensten;
- mondhygiënisten;
- jeugdgezondheidszorg;
- samenwerkingsverband G.V.O.
In concreto betekent dit dat voor 1989 voor deze deeltaken in
totaal f 5,62 per inwoner wordt overgeheveld naar het Gemeentefonds.
Bij dit alles moet dan weer rekening worden gehouden met een
netto algemene korting op deze specifieke doeluitkeringen van 7»3$ vóór
de overheveling naar het Gemeentefonds plaats heeft. Verwezen wordt
hiervoor naar de juni-circulaire van 1988. In cijfers vertaald betekent
dit dat vooraleer f 5,62 wordt overgeheveld een korting van f 0,41 per
inwoner wordt doorgevoerd. Voor de gemeenten derhalve een extra last,
immers het bedrag per inwoner aan het stadsgewest houdt met deze kor
ting geen rekening.
Voor 1989 wordt bezien of en hoe de Gewestelijke Raad Volks
gezondheid haar activiteiten als beleidsadviserend instituut kan voort
zetten los van de regionale overheid. Hiertoe wordt door het ministerie
f 50.000,beschikbaar gesteld, terwijl van de gemeenten een bijdrage
zal worden gevraagd van f 0,25 per inwoner.
In het kader van de algemene preventieve gezondheidszorg wordt
met ingang van 1989 het bevolkingsonderzoek op baarmoederhalskanker bij
vrouwen van 35-55 jaar definitief uitgevoerd door de huisartsen. De
financiering van het onderzoek zelf is voor de ziekenfondsverzekerden
inmiddels geregeld. De kosten komen volledig voor rekening van het
ziekenfonds
Met ingang van 1993 is eveneens een regeling getroffen voor een
bevolkingsonderzoek op borstkanker. Deze kosten zullen volledig worden
gefinancierd via het A.W.B.Z.
