Wethouder J.VAN GILS herhaalt zijn toezegging dat er een evaluatie zal
plaatsvinden van de "privatisering" binnen de groenvoorziening.
Om de sociale woningbouw in de komende jaren veilig te stellen zal een
gematigde grondpolitiek gevoerd moeten worden. Ook de grondverkopen in
de vrije sector vragen een terughoudend beleid wil men de eigen inwoners
binnen deze categorie een reële kans bieden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda voorge
steld.
De VOORZITTER schorst de vergadering voor een korte koffiepauze.
Na heropening van de vergadering stelt de VOORZITTER aan de orde:
8. VOORSTEL BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TE MACHTIGEN TOT HET GEBRUIKMAKEN
VAN DE AROB-VOORZIENING
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de
agenda is voorgesteld.
9. VOORSTEL TOT HET VERLENEN VAN PARTIELE MEDEWERKING VOOR HET HERSTEL
VAN HET DAK VAN DE BASISSCHOOL "DE ROSMOLEN" TE ULVENHOUT.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de
agenda is voorgesteld.
10. VOORSTEL TOT INTREKKING VAN HET BESLUIT INZAKE HET VERSTREKKEN VAN
EEN FINANCIËLE BIJDRAGE IN DE KOSTEN VAN ZWEMONDERRICHT TEN BEHOEVE
VAN LEERLINGEN VAN DE ST. MATTHEUSSCHOOL TE GALDER.
De heer WILLEMSEN bepleit een afbouwing van deze financiële bijdrage tot
1 januari 1990.
Wethouder ROPS deelt namens het college mede dat daarmee kan worden in
gestemd.
Hierna wordt zonder hoofdelijke stemming besloten zoals nader is voorge
steld.
11. VOORSTEL TOT WIJZIGING VAN DE "VERORDENING LEERLINGENVERVOER
GEMEENTE NIEUW-GINNEKEN".
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de
agenda is voorgesteld.
12. VOORSTEL TOT BENOEMING VAN TWEE LEDEN VAN DE BESTUURSCOMMISSIE
MUSISCHE VORMING.
De heer TEUNISSEN vraagt het college in algemene zin bij voordrachten
een keuzemogelijkheid open te laten. Hij heeft geen bezwaar tegen beide
met dit voorstel voorgedragen kandidaten.
Mevrouw HOUT vraagt of het nog steeds de bedoeling is dat er jaarlijks
een meerjarenbegroting voor 4 jaar voor de muziekschool wordt vastge
steld.
Hoewel de heer ZWIJNENBURG instemt met de voorgedragen kandidaten dringt
hij aan op enige spreiding over de kerkdorpen.
Wethouder ROPS antwoordt dat de bereidheid tot het verrichten van vrij
willigerswerk steeds verder terugloopt. Waar mogelijk zullen voordrach-