gemeente nieuw-ginneken
Raad svergadering
27 juni 1989
Onderwerp
Voorstel tot het sluiten van een Bestuurs
overeenkomst over subsidiëren in de regionale
kosten van het Gecoördineerd Ouderenwerk, onder
gelijktijdige intrekking van de Subsidiever
ordening Welzijn Ouderen
Agenda Nr.: 5
Klass.nr. -1.844.2
Ulvenhout, 13 juni 1989
Aan de Raad
Sinds 1980 werkt de Stichting Welzijn Ouderen in de gemeenten Nieuw-
Ginneken, Chaam, Baarle-Nassau, Teteringen en Prinsenbeek.
De deelname van meerdere gemeenten in dit project gecoördineerd oude
renwerk heeft een inhoudelijke grondslag: een dergelijk project op pro
fessionele basis moet voldoende draagvlak hebben. In dit geval betekent
dat: voldoende personen "in de derde levensfase".
Om die reden was het slechts bij deelname van meerdere gemeenten moge
lijk om voor een bijdrage in aanmerking te komen, aanvankelijk van het
Rijk, later (vanaf 1 januari 1985) van de provincie.
Met ingang van 1 januari 1987 is de situatie gewijzigd. Met het inwer
king treden van de Welzijnswet per die datum valt het gecoördineerd
ouderenwerk onder de directe verantwoordelijkheid van de gemeente. Voor
de financiering betekent dat het volgende: elke deelnemende gemeente
ontvangt rechtstreeks van het Rijk gelden waarvan het gecoördineerd
ouderenwerk betaald kan worden. Dit geld was tot 1989 "geoormerkt",
daarna is het zonder oormerking gestort in het gemeentefonds.
Deze verandering is aanleiding geweest om de Subsidieverordening Wel
zijn Ouderen te herzien. Na langdurig onderhandelen is de bijgaande
concept-bestuursovereenkomst ontstaan. Hiermee kunnen zowel de deel
nemende gemeenten als de Stichting Welzijn Ouderen zich verenigen.
Enige belangrijke veranderingen ten aanzien van de eerdere subsidiever
ordening zijn:
1de voorgestelde overeenkomst wordt gesloten tussen de deelnemende
gemeenten; in de Subsideverordening Welzijn Ouderen was sprake van
een overeenkomst tussen de deelnemende 'gemeenten en de Stichting
Welzijn Ouderen. Door deze verandering wordt meer recht gedaan aan
het feit dat gemeenten autonoom zijn in hun ouderenbeleid.
2. De functie van centrumgemeente is niet meer aan één gemeente verbon
den, maar rouleert onder de deelnemende gemeenten. Tot het in wer
king treden van de Welzijnswet was het aanwijzen van één (blijvende)
centrumgemeente verplicht. Dat is nu niet meer het geval.
3. De mogelijkheid is opgenomen dat één of meerdere deelnemende gemeen
ten kunnen korten op het regionaal subsidieDit is opgenomen omdat
elk der deelnemende gemeenten in feite vrij is om zelf prioriteiten
te stellen in het Welzijnsbeleid. Wel zijn daarnaast bepalingen op
genomen die moeten voorkomen dat de continuïteit van de werksoort op
een abrupte wijze in gevaar kan worden gebracht.