2. Het algemeen bestuur kan zijn bewilliging tot toetreding
afhankelijk stellen van de voldoening aan bepaalde vooi
waarden door de betrokken gemeente
3. De toetreding van een gemeente vindt niet eerder plaats
dan na opname van het besluit tot toetreding in de registers
als bedoeld in artikel 27, eerste en tweede lid, van de Wet
Gemeenschappelijke Regelingen.
Artikel 46
1. Een gemeente kan uit de regeling treden bij besluiten van
de raad en van het college van burgemeester en wethouders
van die gemeente.
2. De uittreding van een gemeente vindt niet eerder plaats
dan na opname van het besluit tot uittreding als bedoeld
in artikel 27, eerste en tweede lid, van de Wet Gemeenschap
pelijke Regelingen.
3. Het algemeen bestuur stelt tenminste drie maanden voor het
tijdstip van uittreding een regeling vast van de financiële
en andere gevolgen van deze uittreding voor de betrokken
gemeente. Deze regeling behoeft de goedkeuring van Gedepu
teerde Staten.
Artikel 47
1. Tot wijziging van de regeling wordt op voorstel van het
algemeen bestuur besloten door de raden en de colleges van
burgemeester en wethouders van de gemeenten, elk voorzover
hun aangaat
2. Een wijziging van de regeling is tot stand gekomen, zodra
het in het eerste lid bedoelde voorstel is aanvaard door
de raden en de colleges van burgemeester en wethouders van
tenminste de helft van de gemeenten, mits deze tevens
gezamenlijk op 1 januari van het jaar waarin de wijziging
tot stand komt, een aantal inwoners hebben van meer dan de
helft van het totaal aantal inwoners der gemeenten op die
datum.
3. De wijziging treedt niet eerder in werking dan na opname
van het besluit tot wijziging in de registers als bedoeld
in artikel 27, eerste en tweede lid. van de Wet Gemeenschap
pelijke Regelingen.
-18-