j 5Fjt gemeente nieuw-ginneken
Raadsvergadering
27 juni 1989
Onderwerp
Voorstel tot het voteren van een krediet
t.b.v. de herbouw van het clubhuis Frederik
Hendrik te Bavel.
Agenda Nr9
Klass.nr. -1.857.1
Ulvenhout, 13 juni 1989
Aan de Raad
Inleiding
Op 16 april jl. is brand gesticht in het clubhuis van de Frederik
Hendrik Groep op de Bavelse Hei te Bavel.
Hierbij zijn het welpenlokaal en de aangrenzende gang en berging volle
dig verloren gegaan. In andere delen van het gebouw is brand- en water
schade ontstaan.
Het clubgebouw is eigendom van de Stichting ter voorziening in groeps-
huizen voor Nederlandse Padvinders. Deze stichting is gevestigd in
Breda, en is eigenaar van in totaal vier groepshuizenTwee daarvan
staan in Breda, en twee in Nieuw-GinnekenDit zijn het bedoelde Wel
penhuis Frederik Hendrik, en de nabij gelegen huisvesting van de Prins
Maurits Groep.
De grond waarop deze clubhuizen staan is eigendom van Rijkswaterstaat,
die het in erfpacht heeft gegeven aan de genoemde stichting. De Frede
rik Hendrik Groep is er in 1979 bijgekomen.
Beide groepen hebben een Bredase oorsprong. Vooral in de laatste jaren
is het aantal leden uit Nieuw-Ginneken evenwel sterk gestegen. Dit geldt
zowel voor kinderen uit Ulvenhout als uit Bavel. Dit is niet verwonder
lijk, gezien de ideale ligging van de clubhuizen voor scoutingactivitei-
ten, en de actieve en enthousiaste leiding van de vrijwilligers die aan
de groepen verbonden zijn. Er mag verder een verband worden gezien tus
sen het opheffen van de Scouting Ulvenhout, en de toename van deelname
aan beide groepen door Ulvenhoutse kinderén.
In totaal telde de Frederik Hendrik Groep in 1988 113 leden, waarvan er
57 afkomstig waren uit Nieuw-Ginneken. De Prins Maurits Groep telde 113
leden, waarvan er 75 afkomstig waren uit onze gemeente.
Het is hoe dan ook verheugend dat de scoutingbeweging in onze gemeente
weer opbloeit. Het is daarnaast een gegeven dat het functioneren van
dergelijke verenigingen kwetsbaar is. Het niet, of slechts ten dele kun
nen uitvoeren van activiteiten kan een zeer negatieve uitwerking hebben
op het voortbestaan.