qemeente nieuw-qinneken
Raadsvergadering
12 september 1989
Agenda Nr6
Klass.nr. -1.832.23
Onderwerp
voorstel tot het vaststellen van een
verordening ingevolge artikel 9, lid 1,
van de Winkelsluitingswet 1976, betreffende
de veertiendagenregeling.
Ulvenhout, 29 augustus 1989
Aan de Raad
Ingevolge de artikelen 2, eerste lid, onder b en c, 7 en 8, van de
Winkelsluitingswet 1976 is het verboden om winkels open te stellen dan
wel goederen ten verkoop aan particulieren aan te bieden door markt- of
straathandel
a. op zon- en feestdagen;
b. op een tijdstip, dat niet ligt binnen de op een door of namens ons
College gewaarmerkte "aankondiging openingstijden".
Op grond van artikel 9, lid 1, van de Winkelsluitingswet 1976, gewij
zigd bij Koninklijk Besluit van 21 april 1984, kan uw Raad voor ten
hoogste veertien door hem aan te wijzen dagen vrijstelling verlenen van
de in de artikelen 2, eerste lid, onder b en c7 en 8 vervatte
verboden, met dien verstande dat:
a. hiervan ten hoogste vier dagen een zon- of feestdag kunnen zijn, en
b. ten hoogste tien een andere dag kunnen zijn.
De onder a bedoelde beperking geldt voor de gehele gemeente. De onder b
bedoelde beperking geldt voor elk deel van de gemeente afzonderlijk.
In de vergadering van 6 december 1984 heeft uw Raad vastgesteld de
"verordening tot verruiming van de mogelijkheid van openstelling op
zon- en feestdagen van winkels". Bij deze verordening worden door uw
Raad voor de jaren na 1984 een viertal zon- en feestdagen aangewezen
waarop winkels geopend mogen zijn, dan wel braderieën mogen worden ge
houden. Voorts wordt in dezelfde verordening aan ons College opgedragen
om te beschikken op verzoeken om vrijstelling van het verbod om winkels
te openen en braderieën te houden op tien dagen, niet zijnde zon- of
feestdagen
Jaarlijks vinden in de gemeentedelen en vaak separaat in de verschil
lende gemeentedelen evenementen plaats, waarbij de verzoeken om toe
stemming voor het houden van deze evenementen toetsing vereist aan
bovenbedoelde bepalingen. In het recente verleden is bij toetsing
gebleken dat met name de vastgestelde zon- en feestdagen niet geheel in
overeenstemming zijn met de wensen van de middenstanders en de
organisaties die bedoelde evenementen organiseren. Een flexibilisering
met betrekking tot de vaststelling van bedoelde zon- en feestdagen
lijkt ons daarom gewenst. Eens per jaar zou ons College, in gemeen
overleg met betrokken middenstanders en organisaties, vier zon- en
feestdagen moeten kunnen aanwijzen waarop de winkels in het
hieropvolgende jaar geopend mogen zijn, dan wel braderieën mogen worden
gehouden