heeft bezig gehouden met de architectenkeuze en de goedkeuring van het ont
werp voor de bouw. Beiden hebben, op grond van oneigenlijke argumenten, er
aan meegewerkt om landelijk als zeer goed bekend staande archirectenbureaus
buiten de deur te houden. Dit ondanks de vrijwel unanieme opvatting binnen
de werkgroep dat deze bureaus op andere plaatsen hoog gekwalificeerd werk
hebben afgeleverd. Dit is gebeurd omdat die bureaus geen relatie hadden met
Ulvenhout. De uiteindelijke keuze werd ondermeer verklaard met de medede
ling dat Ulvenhoutse architecten zoveel beter weten wat Ulvenhoutse mensen
willen. Wat die opmerking waard is weten we inmiddels.
De heer VAN DER WESTERLAKEN vraagt zich af of wat hier gebeurd is wel hele
maal is toe te schrijven aan de keuze van architecten. Naar zijn mening
wordt hier een verband gelegd dat er niet is.
De heer POSTHUMA antwoordt daarop dat als er keuzes gemaakt zijn op basis
van het bezichtigen van een aantal projekten. Daarbij was men het er over
eens dat een aantal daarvan er kwalitatief bovenuit stak. Uiteindelijk
heeft de kwaliteit niet de doorslag gegeven waardoor grote risico's worden
gelopen
De heer VAN DER WESTERLAKEN zoekt de oorzaak meer in de soort woningen die
gebouwd werden. Dat is mede bepaald door de commissie waarvan ook de heer
Posthuma deel uitmaakte
De heer PAULUSSEN is het volkomen eens met hetgeen de heer Van der
Westerlaken naar voren brengt. De onverkoopbaarheid van de woningen in het
centrumplan moet gezocht worden in de prijsstelling en de reeds eerder
gesignaleerde voorkeur van de eigen inwoners zelf eengezinswoningen te
bouwen
De heer POSTHUMA bevestigt dat hij lid is geweest van de betreffende werk
groep. Hij roept daarom zijn stellingname in herinnering, ook op het moment
dat het onderhavige plan ter discussie kwam.
De heer VAN DER WESTERLAKEN kan zich niet herinneren dat de heer Posthuma
stelling heeft genomen tegen de woningen waarover nu wordt gesproken.
De heer POSTHUMA stelt dat hij zich heeft verzet tegen de architectenkeuze
alsmede tegen de kwaliteit van de woningen zoals die nu zijn gebouwd. Voor
die stellingname heeft hij weinig gehoor gevonden. Om nu tijdens een open
bare raadsvergadering de verantwoordelijkheid voor het debacle naar de aan
nemer te schuiven vindt hij ongepast. Temeer omdat die aannemer eerst na de
ontwerpfase bij het projekt betrokken is. Dat daarmee zou zijn aangetoond
dat er in Nieuw-Ginneken geen behoefte is aan projektmatig gebouwde appar
tementen, wordt evenmin onderschreven. Als de bakker in Nieuw-Ginneken een
halfje volkoren aanbiedt voor f.12,50 en hij blijft met zijn hele voorraad
zitten dan kan daaruit moeilijk de conclussie worden getrokken dat er geen
behoefte meer is aan brood. De verhouding tussen kwaliteit en prijs staat
ter discussie. Die verhouding wordt vooral bepaald in het stadium van plan
ning en ontwerp.
De VOORZITTER schorst hierna de vergadering voor een koffiepauze
Bij heropening van de vergadering heet de VOORZITTER de officiële delegatie
van de stad Zakopane welkom voor het bijwonen van een vergadering van de
gemeenteraad en zegt daarna het volgende:
In ons lokaal overheidsbestel is de gemeenteraad het hoogste orgaan van de
gemeente. De verschillende partijen in de gemeenteraad, bestaande uit door
de bevolking gekozen partijen, spreken in twee dagen hun oordeel uit over
het door ons college ontworpen beleid voor het jaar 1990 en volgende
jaren. Door u deze vergadering voor een gedeelte te laten bijwonen, met