WELZIJNSPLAN
1Voorwoord
Op 6 december 1988 is het Welzijnsplan 1989-1993 door uw raad vastgesteld.
In dat plan staan doelstellingen vermeld, zowel algemeen als naar werksoort,
alsmede (per werksoort) meer concrete beleidsvoornemens.
In deze notitie wordt een korte tussentijdse evaluatie gegeven. Op enkele
punten geeft dat aanleiding tot bijstelling dan wel aanscherping van het
plan. Dit kan consequenties hebben voor de subsidieverordening. Daarover
vindt u eveneens voorstellen.
Opgemerkt moet worden dat zeker tot en met 1990 sprake is van een overgangs
periode. Er zal een "inhaalmanoeuvre" afgewerkt moeten worden voor wat be
treft de termijnen om subsidieverzoeken in te dienen en af te werken. Gevolg
is dat óók voor 1990 de "welzijnsbegroting" niet geheel synchroom loopt met
de gemeentebegroting. Het betreft hier over het algemeen afwijkingen binnen
de totalen van de hoofdfuncties. Vanaf 1991 moet de synchroniteit zijn
bereikt. Ook kan het in de praktijk werken met de nieuwe subsidieverordening
uitwijzen dat er sprake is van onduidelijkheden of onbillijkheden. Dit is
in 1989 op een aantal punten gebleken, wat aanleiding is geweest voor enige
wijzigingsvoorstellen
2. De indeling van deze notitie
In paragraaf 3 wordt ingegaan op de algemene beleidsdoelstellingen. Het be
treft hier doelstellingen die niet direct gekoppeld zijn aan één werksoort,
maar meer liggen in de sfeer van algemene voorzieningen en onderlinge af
stemming van organisatie en activiteiten.
In het Welzijnsplan zijn daarna de doelstellingen per werksoort weergegeven.
Deze corresponderen met de indeling in het jaarprogramma. De toelichting op
de afzonderlijke werksoorten vindt u bij het programma 1990.
3. Algemene beleidsdoelstellingen
3.1 Stimuleren van overleg en samenwerking
In bepaalde opzichten is er sprake van een geïntensiveerd overleg tussen
organisaties en instellingen voor sociaal-cultureel werk. Dit is in Ulven-
hout gebeurd op initiatief van de Jeugdraad. Het overleg heeft geleid tot
een verenigingsmanifestatie in Jeugdland en tot de introductie van een
"knipkaart" voor het gratis en vrijblijvend kennismaken met verenigingsac
tiviteiten
Voorts zijn de besturen van de peuterspeelzalen op initiatief van de gemeen
te tot nauwer overleg gekomen. Zie hiervoor paragraaf 4: Kinderopvang.
Ook is de gemeentelijke betrokkenheid bij de zorg voor ouderen vergroot. Er
is overleg gestart met het coördinatieteam van zorg- en hulpverleners, in
eerste instantie om te komen tot een rechtvaardig indicatiesysteem voor aan
leunwoningen en een sluitend zorgcircuit.
