tuurplan zal in de loop van de maand april afgerond worden. Het is juist
grootschalige plannen daarop af te stemmen. Voor tussentijdse detail
ontwikkelingen ligt dat echter anders. Daarom is dit voorstel in de com
missie Ruimtelijke Ordening uitvoerig besproken. De eerste aanvraag voor
dit bouwplan dateert van medio 1988. Najaar 1988 is aan aanvrager
bericht gegeven dat er planologisch geen bezwaren zijn tegen de voorge
nomen bebouwing. De richtlijnen voor de verkoop van bouwgrond zijn pas
daarna, december/januari 1989 aangescherpt. Voor nieuwe aanvragen wordt
daarom geprobeerd een consequent beleid te voeren. In de onderhavige si
tuatie zou dat onbehoorlijk zijn.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorge
steld.
16. VOORSTEL TUT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET VOOR PR
UITBREIDING VAN HET PARKEERTERREIN BIJ SPORTCOMPLEX JEUGDLAND.
Desgevraagd door de heer VAN HULST antwoordt wethouder J.VAN GILS dat
het parkeerterrein aan de achterzijde zal worden uitgebreid.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorge
steld.
J 7. VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET VüuR HET
AANPASSEN VAN FIETSPADEN LANGS DE LANGE BUNDER.
De heer H.VAN GILS beantwoordende zegt wethouder J.VAN GILS toe dat op
kwetsbare punten een scheiding van snel en langzaam verkeer aangebracht
zal worden, tevens zal getracht worden de afstand tussen hoofdrijbaan en
fietspad zo groot mogelijk te maken.
Op voorstel van de heer VAN DER WESTERLAKEN zal bezien worden of de
scheiding tussen fiets- en autoverkeer op de Korte Bunder gemarkeerd kan
worden middels belijning van dit wegvak.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorge
steld
18VOORSTEL TOT HET BESCHIKBAAR STELLEN VAN EEN KREDIET VOUR HET
ASFALTEREN VAN DE DAESDONCKSEWEG TE ULVENHOUT.
De heren W'ILLEMSEN en POSTHUMA informeren naar de mogelijkheid het ge
deelte van de Daesdonckseweg op nieuw-ginnekens grondgebied gelijktijdig
met. het bredase deel te asfalteren.
De heer ZWIJNENBURG vraagt aandacht voor de bermen en sloten langs deze
weg.
Wethouder J.VAN GILS antwoordt dat met de gemeente Breda overleg wordt
gevoerd deze werkzaamheden gelijktijdig uit te voeren. Voor het gedeelte
op nieuw- ginnekens grondgebied wordt overleg gevoerd met grondeigenaren
om de bermen en sloten beter af te stemmen op het huidig gebruik. De
werkzaamheden zullen eerst uitgevoerd worden als de grootste zandtrans-
porten ten behoeve van rijksweg 58, over deze weg, achter de rug zijn.
In dit verband signaleert de wethouder dat ook met anderen wordt gespro
ken over het verkrijgen van een redelijke bijdrage voor het kapotrijden
van wegen.
De heer WILLEMSEN is van mening dat de verbetering van de Daesdonckseweg
geen uitstel kan lijden.