-7- maatschappelijk en economisch wordt verzocht. Het college wil daarvoor een voorziening bouwen welke voldoet aan de kwaliteitseisen van inrichting, hygiëne, gezondheid en brandveiligheid. Deze eisen zullen worden omschreven in een nog vast te stellen kwaliteitsverordening. Wethouder VAN GILS wijst erop dat het inzetten van reserves geen ongebrui kelijke zaak is. Bovendien zijn deze reserves gevormd voor investeringen als deze. Eerder deze vergadering werd gezegd dat het gebruik van over schotten op de begroting voor versnelde afschrijving van investeringen een goede zaak is. Hier gebeurt precies hetzelfde. Het inzetten van deze reser ves heeft ook geen gevolgen voor de algemene financiële huishouding van de gemeente Wethouder Rops heeft zich in zijn betoog vooral gericht op het nut en de noodzaak van kinderopvang. Daar twijfelt de heer H. VAN GILS niet aan; kin deropvang is een maatschappelijk aanvaarde zaak. Zijn kritiek richt zich op dit plan in deze vorm tegen deze prijs. De toezegging dat de vinger aan de pols zal worden gehouden is voor hem onvoldoendeRuimtebeslag en kosten- beslag van de speel-o-theek zijn voor hem nog steeds onaanvaardbaar. Voor de peuterspeelzaal zijn tijdelijke voorzieningen te treffen. Spreker blijft bij zijn standpunt dat deze voorzieningen geplaatst moeten worden in de to tale behoefte aan accommodaties, een efficient gebruik van die ruimten, de totale kosten daarvan en de ontwikkeling van het komplan Bavel Het voorstel wordt om die redenen op dit moment afgewezen. De heer WILLEMSEN is niet tegen een kindgerichte voorziening maar de hier voorgestelde kreatie is veel te duur. Bovendien kleven aan het ontwerp nog te veel onvolkomenheden, waarvan het uitzicht naar buiten vanuit de centra le speelhal voor hem een heel zwaarwegende is. Dat betekent dat hij tegen de uitvoering van dit plan zal stemmen. De heer PAULUSSEN blijft het renteverlies als gevolg van deze investering zien als een teruggang van de gemeentelijke inkomsten. Het ontwerp biedt te weinig mogelijkheden tot multifunktioneel gebruik. Hij is daarom tegen uit voering van dit plan. Mevrouw BOGMANS is het eens met de bouw en inrichting van een kindgerichte accommodatie en accepteert de financiële consequenties daarvan. Bij het op starten van een nieuwe accommodatie moet deze voldoen aan alle kwaliteits eisen, ook die van praktische bruikbaarheid. De heer VAN HULST handhaaft zijn standpunt dat halvedagopvang van kinderen tot de verantwoordelijkheid van de ouders zelf moet worden gerekend. Ter verbetering van de leefbaarheid in onze dorpen moeten tal van investeringen worden gedaan. De hier voorgestelde investering heeft daarin voor hem niet de hoogste prioriteit. Bij de keuze wel of niet werken moet naar zijn me ning ook een economisch verantwoorde ouderbijdrage worden meegewogen. Daar van is bij deze investering, naast het reeds bestaande gastouderproject, geen sprake. Zijn fractie stemt tegen dit voorstel. De heer ZWIJNENBURG is tot op zekere hoogte tevreden met de antwoorden die hij heeft ontvangen. De wijze waarop de bouwkosten en de exploitatie gefi nancierd gaan worden is naar zijn mening toch wat onderbelicht. Voor hem is onvoldoende aangegeven hoe op de bouwkosten bezuinigd zal worden. Dat maakt het voor hem onmogelijk nu ja te zeggen tegen dit voorstel. De VOORZITTER schorst de vergadering voor overleg binnen het college en voor het houden van een koffiepauze.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 176