Ook de heer VAN DER WESTERLAKEN is van mening dat op korte termijn gestart moet worden met het opstellen van een totaalplan. Daarnaast geeft hij steun aan het voorstel van het college voor één jaar de hele nacht de volledige verlichting aan te houden De heer VAN HARTEN verwijt de voorzitter een onzuiver gebruik van de sta tistiek. Een vergelijking van het inbraakrisico in verschillende gemeenten vraagt een zorgvuldige analyse van de risicofactoren. Zo is het hem uit de commissiebehandeling bekend dat de openbare verlichting in Chaam en Baarle- -Nassau 's nachts uit is. Dat argument valt dus weg. Verdere analyse van het inbraakrisico zou bijvoorbeeld aan kunnen geven dat dit in bepaalde perioden van het jaar hoger ligt dan in andere perioden. Zolang geen oor zakelijk verband gelegd kan worden tussen gevoelens van onveiligheid en de absolute onveiligheid zoals die mede uit de Messchaertrapportage blijkt en het niet branden van de openbare verlichting, kan hij niet meegaan met het voorstel van het college. Het verwijt dat de raad niet bereid zou zijn geld uit tegeven aan verhoging van de sociale veiligheid is niet terecht. De raad is zeer zeker daartoe bereid maar dan moet zij ook de zekerheid hebben dat het helpt. Een selectief en weloverwogen plan kan daar belangrijk toe bijdragen De VOORZITTER antwoordt dat dit voorstel uitgebreid is behandeld in de com missies VROM en ABAM. Als hij daarbij goed heeft geluisterd spreekt een meerderheid in de raad zich uit voor variant B, dit is ook vanavond weer gebleken. Het college wil het gevoelen van de raad vertolken en stelt daar om naast het eigen voorstel ook deze variant ter discussie. Daarnaast zegt hij toe dat het college een totaalplan voor de sociale veiligheid zal ont wikkelen. Bij het opstellen van bestemmingplannen wordt daar al rekening mee gehouden en ook op ander terrein wordt ingespeeld op de sociale veilig heid. Recent nog zijn een aantal burgers, vanuit die overwegingen, aange schreven de beplanting op hun terreinen wat op te snoeien. Intussen zijn de cijfers over kleine criminaliteit bestuurlijk gezien toch onrustbarend. De interpretatie en analyse daarvan kan verschillend ingevuld worden. Feit is dat de gemeente Breda daarop reageert met het de hele nacht laten branden van de openbare verlichting. Gezien haar taakstelling vraagt de Rijkspoli- tiegroep Nieuw-Ginneken soortgelijke maatregelen te treffen. Als dat niet gebeurt kan dat gevolgen hebben. Daarnaast zal het college studeren op aan vullende maatregelen. Uit praktische overwegingen vraagt hij de raad nu een begin te maken. De prioriteitstelling, het collegevoorstel of variant B, laat hij graag aan de raad over Van C.D.A. zijde verzetten de heren VAN HARTEN en VAN GESTEL zich tegen het ter discussie stellen van de B-variant. Deze staat niet op de agenda en bij vorige gelegenheden bleek het ook niet mogelijk staande de vergadering een voorstel aan te passen De heer H. VAN GILS daarintegen is van mening dat de mogelijke varianten in de commissievergaderingen uitdrukkelijk zijn behandeld. De VOORZITTER stelt vast dat de relatie tussen het inbraakrisico en het laten branden van de openbare verlichting verschillend wordt geïnterpre teerd. In tegenstelling tot het door het C.D.A. aangehaalde voorval heeft het college over dit voorstel vooraf zijn standpunt bepaald. Nu geen meer derheid in de raad voor het collegevoorstel verkregen kan worden doet het college een gewijzigd voorstel: a. de openbare verlichting, voor een proefperiode van 1 jaar, tot 01.00 uur volledig laten branden en daarna terugschakelen naar nachtverlichting; b. er wordt een rapportage over sociale veiligheid toegezegd; chet college zal de relaties aanleveren om te komen tot verwerking van de statistische gegevens.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 247