Tot slot kan binnen het kader van de WPR gedacht worden aan niet-voor- zienbare binnengemeentelijke gegevensverstrekking. Artikel 6, leden 1 en 2 van de wet geven de normen aan waarbinnen tot verstrekking kan worden overgegaan Artikel 12 heeft, gezien de reikwijdte van de verordening ook betrek king op gegevens uit de gemeentelijke basisadministratie persoonsgege vens. Te denken valt hier aan de incidentele binnengemeentelijke gege vensverstrekkingen, de verstrekking aan derden in bijzondere gevallen van andere dan de normale gegevens (naam, adres, woonplaats en derge lijke) Hoofdstuk 6 Beveiliging Beveiligingsmaatregelen kunnen zich richten op het voorkomen (preven tiemaatregelen), verbeteren (correctiemaatregelen) en op het zo beperkt mogelijk houden van de schade (repressieve maatregelen) van een onge wenste inbreuk op het (geautomatiseerde) bestand. De maatregelen dienen zich te richten op de handhaving van de betrouwbaarheid van gegevens, op garantie voor de continuïteit van gegevens en bestand en op de be scherming van de vertrouwelijkheid van gegevens. Dit kunnen technische maatregelen zijn, zoals het opbergen van magneetbanden, schijven e.d. in kluizen en maatregelen in de organisatorische sfeer. Het beveiligingsplan kan zodanig worden opgesteld dat in de reglementen bij de afzonderlijke persoonsregistraties voor het onderwerp beveili ging met een verwijzing naar dit plan kan worden volstaan. Hoofdstuk 7 Slot- en overgangsbepalingen Het van kracht worden van de artikelen die specifiek op de gemeentelij ke basisadministratie persoonsgegevens zijn toegesneden, wordt gekop peld aan de inwerkingtreding van de wet GBA. Tot dat moment zal het Besluit bevolkingsboekhouding op deze administratie van toepassing zijn. Artikel 15 legt op burgemeester en wethouders de verplichting tot het in ruime kring bekend maken van de verordening. Daarnaast is, ter uit werking van de wettelijke plicht tot mededeling aan betrokkenen dat zij geregistreerd staan (artikel 54, lid b juncto artikel 28 van de wet), aan burgemeester en wethouders opgedragen ook melding te maken van de bij de gemeente aanwezige persoonsregistraties. Wettelijk zijn burge meester en wethouders verplicht deze mededeling vóór 1 januari 1990 te doen. Daarbij moeten zij aangeven welke categorieën van personen in deze registraties opgenomen zijn. Uit de brief van de minister van jus titie (kamerstuk II, vergaderjaar 86-87, 19095, nr. 23, bijlage 2) blijkt dat bij een duidelijke openbare kennisgeving aangenomen mag wor den dat de geregistreerde weet of redelijkerwijs kan weten dat hij in een registratie is opgenomen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 281