-23-
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorge
steld
15. SCHRIFTELIJKE VRAGEN.
De VOORZITTER deelt mede dat schriftelijke vragen zijn gesteld door de heer
H.van Gils met betrekking tot de toelating tot de lokale omroep van de
B.R.T.S.
Het bevreemdt de heer H.VAN GILS dat de op donderdagavond afgegeven vragen
niet aan de leden van de raad zijn toegezonden. Aangezien de stukken wel
ter inzage hebben gelegen geeft hij geen opsomming van alles wat vooraf is
gebeurd. Wat hem overigens wel bevreemd dat een aanvankelijk gemaakte af
spraak met een vertegenwoordiger van de B.R.T.S. op het laatst wordt verzet
voor een overleg met nog andere initiatiefnemers. Graag ontvangt hij ant
woord op deze en de schriftelijk gestelde vragen.
Wethouder ROPS antwoordt dat hij de afspraak met de heer de Werd inderdaad
heeft verzet naar een moment waarop ook de andere initiatiefnemers aanwezig
kunnen zijn. De eerste vraag houdt in of het college het juist acht dat 5
maanden, nadat het eerste verzoek is binnengekomen, er nog niets is ge
beurd. Nu is het zo dat er zich meerdere initiatiefnemers hebben aange
diend. Op grond van de media-wet moet het college het samengaan van initia
tiefnemers bevorderen.
De heer H.VAN GILS maakt bij interruptie bekend dat de verantwoordelijke
portefeuillehouder dit standpunt reeds op 5 juli 1990 naar buiten heeft ge
bracht. Waarom dan toch zo lang gewacht?
Wethouder ROPS antwoordt dat het een nieuwe materie betreft die studie ver
eist. De B.R.T.S. staat voor een regionale aanpak. Aan de gemeenten Prin
senbeek, Teteringen en Terheijden is een reactie gevraagd waarop nog geen
antwoord is ontvangen
De VOORZITTER ligt toe dat een reeks van initiatieven bekend is. Het colle
ge moet de representativiteit daarvan onderzoeken. Er moet voldoende draag
vlak zijn bij de plaatselijke bevolking.
De heer H.VAN GILS houdt het college voor dat Nieuw-Ginneken gezien wordt
als de trekker binnen de randgemeenten. Een procedure van 5 maanden en nog
geen resultaten vindt hij beneden peil.
De VOORZITTER zegt toe, gezien de complexitijdin de commissie Algemene
Bestuurlijke Aangelegenheden en Middelen op deze materie terug te zullen
komen
Mevrouw BOGMANS had het beter gevonden wanneer deze kwestie eerder aan de
orde was geweest in de commissie Welzijn.
De heer VAN HARTEN is van mening dat met alle initiatieven zorgvuldig moet
worden omgegaan. Het is daarbij van belang dat er een verkenning plaats
vindt, dat de marges worden aangegeven. Daarbij is het van belang dat leden
van de onderscheiden commissies tijdig worden geïnformeerd zodat zij kunnen
meedenken bij het zoeken naar de grenzen van het haalbare.
Het college neemt kennis van het gevoelen van de raad en zal daar rekening
mee houden. De VOORZITTER zegt toe dat in het vervolg schriftelijke vragen,
mits tijdig ingediend, aan de leden van de raad zullen worden toegezonden.