B
B_Ruj.mt eJ__L jke_D r den _[na
Het voortvarend opstel I en en vaststel len van de structuur
schets NuGinneken vinden wij (en met ons andere organen
heb ik begrepen) een voorbeeld van voortvarend bestuur.
De uitwerking van de beleidsvoornemens vereist een zorgvul
dige afweging. Met name de prioriteitsstelI ing en de daarmee
ook verband houdende kos-ten? wi I len wij op korte termijn in
een commissie bespreken.
Hierbij moet ook zeker de fasering aan de orde komen.
yoninsksyw
Vzal jaren wijzen wij U op de steeds groter wordende
problemen op het gebied van volkshuisvesting. Volgens onze
laatste gegevens meer dan 400 ingeschrevenen afgezet tegen
een toewijzing voor 1791 van 57 is voor ons onaanvaardbaar
Als dit richtgetal zoals U zegt bepaald wordt aan de hand
van gegevens? welke wij jaarlijks leveren t.b.v. het
VOLKSHI USVEST INGG INFORMATIESYSTEEM dan dienen deze|
gegevens met onmiddellijke ingang herzien te worden.
Op het bouwen van de juiste woning typen dringen wij
eveneens al jaren aan zonder evenwel hiervan enig resultaat
te zien.
Tot slot wi Ilen wij bijzondere aandacht vragen voor die
inkomensgroep die aangewezen is op individuele huursubsidie.
Het voornemen bestaat om in de Wet te bepalen dat boven een
bedrag van 250?- huursubsidie per maand er voor toewijzing
van een woning speciale toestemming nodig is van de
gemeente? wat zou kunnen betekenen dat juist de laagste
inkomen in eerste aanleg niet in aanmerking komen voor een
nieuwe sociale huurwoning.
Bijzondere aandacht vragen wij voor de steeds groter
wordende groep ouderen. Het Rijksbeleid en de wens van de
ouderen is om zolang mogelijk zelfstandig te blijven wonen.
Deze groep is echter voor een gedeelte afhankel ijk van de
gesubsidieerde woningbouw en gezien hun inkomen van
individuele huursubsidie. Hoe denkt het College invulling te f'
geven aan de kwantitatieve en kwal itatieve woonwensen van
ouderen rekening houdend met hun financiële beperkingen.
7_Fj_nanc_i_er j_ng_en_A_L2emen-e_De k kingsm_i_ddeien
MdVzZoals U zelf al schrijft heeft de budgettaire positie
het afgelopen jaar onder druk gestaan en onze mening is dat
deze druk nog verder zal oplopen. U vermeld dat U er in
geslaagd bent een sluitende begroting te presenteren. Dat
klopt? op het kantje? door onttrekking aan de algemene
reserves van 150.000?—
Ui i j zijn het met U eens dat een zeer grote terughoudendheid
noodzakel ijk is ten aanzien van onrendabele investeringen.
Onze reserve positie lijkt florissant maar toch zien we een
financieringstekort-vergroting van 251.000?- naar
670.000?-. Ulat gefinancierd moeten worden tegen 8% (ons
inziens te laag percentage).
Een beroep doen op reserves zal het financieringstekort snel
op laten lopen met daarbij de nodige middelen die weer nodig
zijn voor de rente.
De ongunstige rente-ontwikkeling maar ook de te verwachte
grote investeringen op het gebied van o.a. riolering en
milieu zullen invloed hebben op toekomstige financiële
ruimte.