C -2- Wie kunnen de bijdragen aanvragen? a. een gemeente met 70.000 inwoners of meer; b. een gemeente, die structureel samenwerkt met andere gemeenten, waar bij het gezamenlijk aantal inwoners van de samenwerkende gemeenten 70.000 of meer bedraagt, of c. een gemeente, die samenwerkt met andere gemeenten, doch niet struc tureel, maar blijkens raadsbesluiten van alle betrokken gemeenten het voornemen heeft tot een structurele samenwerking te komen als bedoeld onder b, waarvan de realisering redelijkerwijs binnen 3 jaar valt te verwachten. De bijdrage die kan worden aangevraagd bedraagt voor: - 1990: f 1.65 per inwoner, nog te verhogen met 25% in verband met intergemeentelijke samenwerking; uitgaande van 11.721 inwoners komt de bijdrage uit op f 24.175, - 1991: f 1,80 per inwoner, etc., f 26.372, - 1992: f 2,65 per inwoner, etc., f 38.826, - 1993: f 2,65 per inwoner, etc., f 38.826, - 1994: f 2,74 per inwoner, etc., f 40.144. Omdat uit deze rijksbegrotingspost ook de subsidies aan het Stadsgewest Breda bekostigd moeten worden voor de intergemeentelijke Wca-specialist en de zogenaamde dubbeltjesprojecten moet er rekening mee worden gehou den dat op bovengenoemde bedragen nog kortingen zullen volgen. De rege ling voorziet daarin. Het is de bedoeling dat de bijdragenregeling met ingang van 1995 overgeheveld wordt naar het Gemeentefonds. Centraal in de bijdragenregeling staat ook de samenwerking tussen de gemeenten. Argument om de samenwerking flink te stimuleren is het feit dat er bij vele gemeenten onvoldoende draagvlak is om te komen tot een doelmatige en geïntegreerde uitvoering. Met betrekking tot de samenwerking wordt verder nog opgemerkt dat deze tenminste de Hinderwet, de Wet afvalstoffen, de Wet bodembescherming en de Lozingsverordening riolering moet omvatten. Het verzoek om de rijks bijdrage behoeft slechts lx te worden gedaan. Uw raad dient het verzoek vast te stellen. In het verzoek verschaft de gemeente informatie over het huidige niveau van uitvoering van de bijdragenbesluit-taken en geeft zij voorts aan hoe wordt toegewerkt naar het adequate niveau van li uitvoering, uiterlijk te bereiken in 1994. Bij de aanvraag moet een advies van de inspecteur Vomil worden gevoegd. Wanneer een bijdrage wordt toegekend dienen wij jaarlijks verslag te doen aan uw raad. In dit verslag wordt verantwoording afgelegd over de besteding van de door het rijk beschikbaar gestelde middelen. De in specteur Vomil moet in de gelegenheid gesteld worden over het ontwerp verslag te adviseren. Tot zover enige hoofdpunten bij de ontwerp-AMvB. Wij verwijzen u verder naar de ontwerp-AMvB met de daarbij behorende nota van toelichting als mede naar de circulaire van de VNG d.d. 28 februari 1989 waarin ook informatie is opgenomen met betrekking tot deze regeling. Brochure kengetallen deel A Zoals hierboven opgemerkt is een van de voorwaarden voor het verkrijgen van de rijksbijdrage het uiterlijk in 1994 bereiken van het zogenaamde adequate uitvoeringsniveau. De uitwerking van dit begrip is aangegeven in de brochure "Kengetallen deel A". De brochure treft u eveneens bij de stukken aan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Nieuw-Ginneken - Notulen en bijlagen van de gemeenteraad | 1990 | | pagina 50