Het streven is erop gericht begin 1991 overeenstemming te hebben be
reikt over een verstedelijkingsmodel, waarbinnen wonen, werken, re
creëren en infrastructuur binnen het verstedelijkte deel van onze regio
evenwichtig op elkaar zijn afgestemd. Dit verstedelijkingsmodel zal
vervolgens aan de provincie kunnen worden aangeboden om te worden vast
gesteld als uitwerkingsplan van het streekplan.
In 1991 zal het Stadsgewest nauw betrokken zijn bij de verdere ontwik
keling van de vervoerregio Breda, waarmee in 1990 een start is gemaakt.
In het bijzonder zal het daarbij gaan om het openbaar vervoer in rela
tie tot het beperken van de mobiliteit over de weg vanwege de milieu
aspecten
De situatie in het buitengebied verdient in toenemende mate bijzondere
aandacht. De zorg voor natuur en landschap, de agrarische problematiek,
de ernstige milieuproblemen en de druk op het buitengebied als gevolg
van de verstedelijking vragen om een adequate en doelgerichte aanpak.
In overleg met de portefeuillehouders ruimtelijke ordening zal het
Stadsgewest zich in 1991 beraden over verdere initiatieven ten aanzien
van het buitengebied.
Met betrekking tot de sociaal-economische zaken is in 1990 de uitwer
king van het sociaal-economisch beleidsplan dat door de Gewestraad is
vastgesteld ter hand genomen.
In 1991 zal na de aanloop in 1990 formeel een start worden gemaakt met
het Regionaal Bestuur Arbeidsvoorziening (RBA)Hierbij is een goede
afstemming tussen economische zaken, sociale zaken en onderwijs van be
lang. Een belangrijke rol is in dit verband ingeruimd voor het porte-
feuillehoudersoverleg RBA.
Conform de besluitvorming in 1990 betalen nu alle gemeenten een gelijk
bedrag (van f 1,28) per inwoner voor het RWI (dit is een verhoging van
f 0,72 per inwoner ten opzichte van de primitieve begroting 1990).
Op het terrein van de volkshuisvesting zal in 1991 worden doorgegaan
met een verdergaand gebruik van het Volkshuisvestings Informatiesysteem
(VIS). In 1990 hebben de gegevens gediend om een nadere verfijning aan
te brengen in de richtgetallen en de differentiatie binnen het bouwpro
gramma. Ook de verdeling van de contingenten over de betrokken gemeen
ten voor 1991 is mede gebaseerd op de cijfers zoals deze in het VIS
zijn opgeslagen.
In het kader van de medio 1990 door de Tweede Kamer aanvaarde nota
"Volkshuisvesting in de jaren negentig", ook wel de nota Heerema ge
noemd, wordt een verantwoord volkshuisvestingsbeleid steeds meer een
zaak van lokale marktpartijen. De noodzaak van een goede onderbouwing
voor het te voeren beleid zal dan ook alleen maar groter worden. Het
VIS is hierbij een belangrijk hulpmiddel.
Vanaf 1992 vormt de subsidiestroom voor de woningverbetering een geheel
met de nieuwbouwgeldenDit vereist een prioriteitstelling op het lo
kaal niveau. Bezien zal worden hoe in nauwe samenwerking en gezamen
lijke financiering tussen Provincie en de Regionale Volkshuisvestings
Commissie de kwaliteit van de bestaande woningvoorraad in beeld kan
worden gebracht