-22-
De heer VAN YPEREN houdt zijn twijfels. Een stad als Breda investeert geen
f.2.000.000,als men niet over voorinformatie beschikt.
Wethouder VAN GILS wijst erop dat de gemeente Breda voor grondaankopen geen
goedkeuring van G.S. behoeft, sinds 1 februari 1990 Nieuw-Ginneken ook niet
meer overigens.
De VOORZITTER vervolgt door vast te stellen dat Nieuw-Ginneken op de goede
weg zit. De adviezen over de structuurnota zijn positief en de nota is
voorbesproken met de verantwoordelijke gedeputeerde. Na de vaststelling kan
Nieuw-Ginneken de discussie met Breda aangaan.
Nieuw-Ginneken bemoeit zich niet graag met zaken die Breda aangaan maar er
kan wel vastgesteld worden dat de militaire terreinen binnen die gemeente
potenties inhouden voor de volkshuisvesting.
Binnen de stadsregionale ontwikkelingen zijn er voor Nieuw-Ginneken wel
taken weggelegd op gebieden als verkeer en vervoer en ten aanzien van de
recreatie. Die regionale funkties mogen best in een hogere versnelling tot
ontwikkeling worden gebracht. De regio Eindhoven bewijst dat dit ook moge
lijk is.
De heer H. VAN GILS geeft nog eens aan dat hij, evenals de heer Van Yperen,
wat minder goed vertrouwen heeft in het goed overleg tussen Breda en haar
randgemeenten
De VOORZITTER vraagt in dit verband een goed gebruik te maken van de ver
schillende overlegvormen welke het lidmaatschap van een politieke partij
biedt. Een ontwikkeling van de Kraaijenberg zoals aangegeven door de heer
Van der Westerlaken zit er zeker aan te komen. Qua tijdsinvulling zijn
daarop van toepassing de taakstelling binnen de stadsregionale woningbe
hoefte en de daaruit voortvloeiende groeiklasse waarbinnen gebouwd mag wor
den
Wat de traverse door het Markdal betreft constateert de VOORZITTER dat de
raad kiest voor onderzoek en herinrichting van Dorpstraat - Molenstraat
gerelateerd aan een verkeerscirculatieplan. Dat mag niet inhouden dat de
studieresultaten, zoals die zijn terug te vinden in de structuurnotaverge
ten kunnen worden. Hij stelt daarom voor in de nota van wijzigingen op
pagina 68 toe te voegen: "De ontwikkelde studies naar alternatieve varian
ten dienden evenwel beschikbaar te blijven." Het college zal zich dan eerst
richten op de herinrichting terwijl de alternatieven toch beschikbaar blij
ven
De heer VAN HARTEN wenst deze toevoeging nog uit te breiden met: zonder
die varianten als limitatief te aanvaarden."
Het college stemt bij monde van de VOORZITTER daar mee in.
Hij stelt vervolgens vast dat de raad op hoofdlijnen instemt met de struc
tuurnota. Voor de Galderse Meren geldt dat het accent moet blijven liggen
op dagrecreatie waarbij wel gestreefd moet worden naar kwalitatieve verbe
teringen. Voorts zal onderzocht worden welke mogelijkheden er zijn tot pri
vatisering van dit recreatiegebied.
Na de vaststelling hedenavond zal het college terugkomen bij de raad met
een voorstel op welke wijze deze nota geoperationaliseerd zal worden en
welke onderwerpen daarin prioriteiten krijgen.
Wethouder J. VAN GILS ontraadt nogmaals aanvaarding van de motie. Het is
genoegzaam bekend hoe er binnen dit stadsgewest met afvalstoffen wordt om
gegaan en onder welke voorwaarden een enkele keer tot uitruiling van huis
houdelijk afval wordt overgegaan.