-4-
4. Voor de benoeming van een lid in een tussentijds
opengevallen plaats is de in artikel 5 vastgelegde
procedure van overeenkomstige toepassing.
5. Het lidmaatschap van het beraad eindigt:
a. door tussentijds ontslag, als bedoeld in het
tweede en derde lid;
b. door het niet langer meer voldoen aan de in ar
tikel 5, tweede lid, genoemde benoembaarheids-
eisen
6. Wanneer een lid komt te verkeren in de omstandig
heid, dat deze niet langer meer voldoet aan de be-
noembaarheidseisengeeft dat lid daarvan onver
wijld kennis aan burgemeester en wethouders en aan
het beraad.
Artikel 8
ADVISEURS Het beraad wordt in adviserende zin bijgestaan door
a. de daartoe door burgemeester en wethouders van
Breda aangewezen ambtenaar;
b. de daartoe door Regionaal Educatief Centrum in
overleg met het Bibliotheekwezen aangewezen func
tionaris;
c. de daartoe door burgemeester en wethouders van de
in artikel 4, eerste lid, bedoelde gemeenten in
onderling overleg aangewezen ambtenaar van een van
die gemeenten.
Artikel 9
VERGADERINGEN 1. Het beraad vergadert zo dikwijls als de voorzitter
het nodig oordeelt, danwel indien door ten minste
drie leden van het beraad schriftelijk en met op
gave van redenen daarom is gevraagd
2. In elk geval dat het uitroepen van een vergadering
door het vereiste aantal leden is gevraagd, wordt
deze binnen veertien dagen gehouden.
3. De voorzitter bepaalt dag, plaats en uur van de
vergadering.
4. De voorzitter roept de leden en de adviseurs
schriftelijk op tot de vergadering onder vermel
ding van de te behandelen onderwerpenDe uitnodi
ging, agenda en overige vergaderstukken worden als
regel uiterlijk 7 dagen voor de dag, waarop de
vergadering zal worden gehouden, toegezonden.
5. Indien voor een vergadering niet ten minste de
helft van het aantal zittinghebbende leden is op
gekomen, wordt een nieuwe vergadering belegd. Deze
vergadering kan worden gehouden indien ten minste
een derde van het aantal zittinghebbende leden is
opgekomen
Artikel 10
BESLUITEN
1. Voor het uitbrengen van een advies door het beraad
is de instemming vereist van de meerderheid van de
ter vergadering aanwezige leden.