Deze expositie zal ons in ieder geval iets bijbrengen, hartelijk dank daar
voor mijnheer Van Haperen voor u de enveloppe met inhoud, ik wens u heel
veel succes bij de activiteiten en ik hoop dat het een nog meer open karak
ter kan krijgen."
Na deze handeling zou ik mijnheer Ruijs tenslotte willen vragen om als
architect nog kort tot u te spreken om nog een en ander te vertellen.
De heer RUIJS spreekt als volgt
"Voorzitter, dames en heren. Wie de oude en de nieuwe opstelling van de
raadzaaltafels met elkaar vergelijkt begrijpt dat men hier voortaan elkaar
ronduit in plaats van vierkant de waarheid zegt. Maar of het nu ronduit of
vierkant is de waarheid mag nog steeds gezegd worden. Als ik als architect,
namens de bouwers, iets van de waarheid zou willen zeggen van de verbouwing
en inrichting van het gemeentehuis dan lijkt de hele operatie meer weggehad
te hebben van een grondige facelift van het hele gebouw. Nu de operatie
achter de rug is, en de pijn die we allemaal geleden hebben snel vergeten
is, dan kun je het resultaat beoordelen. En wat zien we. Ik doe een greep
uit de veelheid: een nieuwe entree als ware het een neus, rode pikante
loketoortjes in een publieksvriendelijke hal, weggehaalde rimpels in diver
se vertrekken, veel overtollig bruin verwijderd en vervangen door een nieuw
fris tintje, een stijlvolle raadzaal met een kroon van 47 fonkeloogjes
Kortom een totaal vernieuwd en aangekleed gemeentehuis als ware het een
herboren jonge vrouw. Zo spreken over de kwaliteit van een gebouw is mis
schien wel verleidelijk maar ook gevaarlijk. Immers de kwantiteit van het
gekakel van architecten neemt toe naarmate de kwaliteit van hun gebouwen
afneemt zei criticus, schrijver Gerrit Kromrij. En ik moet toegeven er zit
veel waar in deze stelling. Want nog nooit is er zo veel over kwaliteit ge
schreven en gesproken als in de laatste tijd. Nog nooit was er ook zoveel
aandacht voor architectonisch kwaliteit als op het ogenblik. De glaspalei
zen, kantoorgebouwen, de uniforme saaie woonwijkenen, de kakafonie van vil
laatjes op de zogenaamde goudkusten zijn duidelijke bewijzen van het kwaad
dat reeds geschied is. Veel goede bedoelingen zijn blijven steken in een
vergeefs gebaar en met de beste bedoelingen worden de vreselijkste dingen
gebouwd, alle nota's, richtlijnen en commissies ten spijt. Veel energie en
geld wordt gestoken in beleidsvoornemens en onderzoek dat mijns inziens
beter besteed zou kunnen worden in een meer directe en persoonlijke aanpak.
Een krachtiger lokaal welstandsbeleid bijvoorbeeld of een supervisor die
persoonlijk aanspreekbaar is voor de gebouwde kwaliteit van zijn stad of
dorp zou mijn voorkeur hebben. Vakmanschap en persoonlijke inzet zijn voor
waarden voor kwaliteit maar nog geen garantie. Kennis van zaken en gevoel
voor samenhang zijn noodzakelijke bouwstenen voor architectonische kwali
teit. Bouwen is behalve techniek ook een stuk mentaliteit en deze mentali
teit wordt niet alleen door architecten bepaald maar door ons allemaal. Bij
de totstandkoming van dit werk hebben wij ervaren dat we met een goede men
taliteit het ook anders kunnen doen en dat dat ook zo heeft plaatsgevonden.
Ondanks de moeilijke start en de vele opvattingen, het krappe budget hebben
we met elkaar een pad afgelegd dat tot resultaat geleid heeft. Het was niet
makkelijk, noch voor de bouwers noch voor de gebruikers. Maar het resultaat
mag naar mijn mening gezien worden.