NOTULEN VAN DE VERGADERING VAN DE RAAD D.D. 1 NOVEMBER 1991.
Aanwezig:
de leden van de raad:
mevrouw F.W.M. Bogmans en de heren C.A. Bastiaanssen, M.L. Garcia,
C.G.M. Geerts, J.B.A. van Gestel, H.M.C.J. van Gils, J.H. van Gils, B.C. Mar
tens, F.L.M. Paulussen, G. Posthuma, J.A. Rops, W.CH. Willemsen, J.C. van
der Westerlaken, P. van Yperen en B. Zwijnenburg;
Voorzitter:
P.A.C.M. van der Velden;
Secretaris:
J.G. Coppens.
1. OPENING.
De VOORZITTER opent de vergadering met het voorgeschreven gebed en stelt aan de orde:
2. VOORSTEL TOT HET NEMEN VAN DE NOODZAKELIJKE BELASTINGMAATRE
GELEN 1992. ZULKS IN RELATIE TOT DE CONCEPT-BEGROTING 1992.
De VOORZITTER wijst de raad op het eveneens ter tafel liggende le wijzigingsbesluit Legesveror
dening, welke wijziging wordt voorgesteld op advies van de VNG.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
3. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN DE TARIEVENVERORDENING NIEUW-
GINNEKEN 1992.
Zonder beraadslaging of hoofdelijke stemming wordt besloten zoals op de agenda is voorgesteld.
4. VOORSTEL TOT VASTSTELLING VAN HET WELZIJNSPROGRAMMA 1992.
De heer GEERTS vraagt wat het college bedoelt met een voorlopige invulling van de bezuinigingen.
Bij de begrotingen van de kinderopvang heeft hij de volgende vragen. Spreker constateert een
verschil in benadering waar het zaken als huur en dergelijke betreft. In deze begrotingen wordt het
element administratiekosten opgevoerd en dat is niet in overeenstemming met de subsidieverordening.
Hij stelt voor de verordening op korte termijn hierop aan te passen.
De heer MARTENS merkt op dat de voorlopige bezuinigingen worden opgevangen door
ƒ.20.000, te bezuinigen op de post incidenteel en ƒ.5.000, op de post kinderopvang. Door
de bezuiniging op de post incidenteel is het niet mogelijk eenmalige evenementen of een nieuwe
opzet of werkwijze te subsidiëren in 1992. Spreker heeft daar moeite mee.
Wethouder ROPS antwoordt dat de bezuiniging op het welzijnsprogramma voorlopig ƒ.25.000,
bedraagt, over het programma verdeeld zoals hiervoor aangegeven. Het overschot van het welzijns-
